In de oude 'stad van David' is een maquette te bewonderen die laat zien hoe Jeruzalem er tijdens de periode van de eerste Tempel uitzag.
De wetenschappelijke en culturele afdeling van de Verenigde Naties, UNESCO, voert een felle, inquisitie-achtige campagne om de duizenden jaren oude joodse historie in de stad Jeruzalem te ontkennen en zelfs compleet uit te wissen. Zo eist de UNESCO onder druk van het machtige Arabische / moslimblok dat Israël onmiddellijk stopt met alle archeologische activiteiten in de Oude Stad van Jeruzalem, omdat hierdoor telkens nieuw bewijs voor de Bijbelse geschiedschrijving boven tafel -of beter gezegd: boven de grond- komt. Het besluit, dat door consensus ook door de Westerse leden van de UNESCO werd ondersteund, is het zoveelste antisemitische initiatief van de VN, wiens primaire doel het lijkt het bestaan van de joodse staat onmogelijk te maken.
In 2009 gaf de UNESCO Jeruzalem de titel van 'hoofdstad van de Arabische cultuur'(!) en werkte de VN organisatie nauw samen met de Palestijnse Autoriteit en belangrijke Arabische vertegenwoordigers bij het protesteren tegen de 'Israëlische bezetting van het heilige Jeruzalem'. Andere steden die dezelfde titel kregen waren Algiers, Damascus, Cairo, Tunis, Amman, Beiroet en Khartoum.
Zolang de wereld blijft geloven in de in de Bijbel gepresenteerde feiten en daarmee in de onlosmakelijke band tussen het joodse volk en het land Israël, is het voor de Arabieren lastig om op overtuigende wijze duidelijk te maken dat Israël een bezettingsmacht is. De UNESCO helpt de Arabieren en moslims een handje door deze joodse historie in het Midden Oosten als onbetekenend af te schilderen. De joodse wortels in Israël voeren terug tot 4000 jaar geleden, maar de UNESCO probeert het te ontkennen.
UNESCO werkt nauw samen met Islamitische Conferentie
Vooral koning David maakte van Jeruzalem een joodse hoofdstad bij uitstek, een stad die zelfs in tijden van zware vervolging nooit totaal verlaten werd door de joden. De 'stad van David' archeologische vindplaats is daarom een belangrijk doelwit van de UNESCO, juist omdat hier Bijbelse artefacten, oude graven en koninklijke zegels worden gevonden. De UNESCO behandelt de Israëlische archeologen echter als nationalistische marionetten.
Dat komt mede omdat de UNESCO de afgelopen jaren is gaan samenwerken met de ISESCO, de culturele afdeling van de Organisatie van de Islamitische Conferentie. De ISESCO verspreidt de leugenpropaganda dat de Bijbelse historie en de joodse tempels zijn verzonnen, dat joodse monumenten eigenlijk islamitische schatten zijn die door de 'Zionisten' zijn gestolen en dat de Israëlische archeologische opgravingen 'criminele activiteiten' tegen de moslims zijn.
De UNESCO gaat zo ver in het steunen van de moslimlanden dat de Joden enkel nog als 'bezettende kolonisten' worden weggezet - en dat terwijl het juist de moslims zijn die in de zevende eeuw het land zijn binnengevallen en hebben uitgeplunderd. Maar plotseling zijn de moslims de afstammelingen van de inheemse 'Kanaänieten', een volkomen ongefundeerde claim die door geen enkele niet-islamitische historicus wordt onderschreven.
Joodse heilige plaatsen als islamitisch verklaard
In 2010 besloot de UNESCO dat zowel het graf van Rachel als dat van de Aartsvaders in Hebron -overduidelijk Bijbelse figuren- 'moslim moskeeën' zijn. Er volgde geen enkel protest uit het Westen. De UNESCO negeert het feit dat in Hebron ook het graf van de allereerste richter, Otniel Ben Kenaz, ligt, alsmede de graven van de generaals en vertrouwelingen van koning Saul en koning David en de graven van Ruth en Jesse, Davids overgrootmoeder en zijn vader. Geen enkel woord van de UNESCO over het feit dat Rachel, de vrouw van Jacob en de gezegende moeder der joden, unaniem wordt gezien als één van de belangrijkste vrouwen uit de Bijbel.
Tijdens de Tweede Intifada in het jaar 2000 veroordeelde de UNESCO Israël voor 'de verwoesting en beschadiging van het culturele erfgoed in de Palestijnse gebieden', dat 'een misdaad tegen het gemeenschappelijke culturele erfgoed van de mensheid' zou zijn. Daarentegen bleef de UNESCO muisstil toen een groep Palestijns tuig het graf van Jozef, een belangrijke joodse heilige plaats, vernielde, en op die plek een moskee neerzette.
Palestijnse terroristen vielen ook het graf van Rachel aan. 41 dagen lang konden joden het graf niet bezoeken, maar de UNESCO sprak er geen enkele veroordeling over uit. Recent werden er tientallen joodse graven op de Olijfberg vernield. Het was de zoveelste keer dat de Palestijnsen een aanval pleegden op de oudste begraafplaats van het judaïsme, waar joden als sinds Bijbelse tijden worden begraven. En de UNESCO? Die bleef opnieuw zwijgen als het graf.
Talloze anti-joodse besluiten
De UNESCO gaat prat op een lange lijst besluiten waarin de joodse staat wordt geboycot en geïsoleerd. Op 7 november 1974 besloot de UNESCO om Israël alle hulp op het gebied van onderwijs, wetenschap en cultuur te onthouden vanwege de veronderstelde verandering van het historische karakter van Jeruzalem. Op 20 november werd Israël vervolgens uit de Europese regionale groep gestoten, een anti-Joods besluit dat pas in 1978 werd teruggedraaid nadat de VS als protest dreigde om zijn bijdrage van $ 40 miljoen aan de UNESCO stop te zetten.
Maar de oorlog van de UNESCO tegen Israël ging gewoon door en werd zo erg, dat de VS, Groot Brittannië en enkele andere Westerse landen in 1984 besloten de organisatie te verlaten. In 1989 verklaarde de UNESCO onverstoord dat de Israëlische 'bezetting van Jeruzalem' door middel van 'bemoeienissen, vernielingen en veranderingen' de heilige stad vernietigde. De toenmalige burgemeester van Jeruzalem, Teddy Kollek, sprak daarop openlijk zijn 'intense walging' over de UNESCO uit.
In 1990 viel de UNESCO opnieuw Israël aan vanwege de 'onherstelbare veranderingen' aan Jeruzalems architectonische erfgoed en de teloorgang van de schoonheid van de stad. Toenmalig UNESCO directeur Frederico Mayor boycotte in 1993 een wetenschappelijke conferentie in Jeruzalem, ondanks de buitengewone en onomstreden wetenschappelijke prestaties van Israël. Zo produceert de joodse staat per inwoner het hoogste aantal wetenschappelijke publicaties en heeft het de meeste musea per inwoner ter wereld.
Palestijnse misdaden genegeerd
In 1996 organiseerde de UNESCO op zijn hoofdkwartier in Parijs een symposium over Jeruzalem. Niet één joodse of Israëlische groep werd daarvoor uitgenodigd. En toen een UNESCO delegatie in 1998 Jeruzalem bezocht, weigerden ze Israëlische officials te ontvangen. Ook heeft de VN organisatie in het verleden opgeroepen tot financiële sancties tegen Israël en heeft het honderden resoluties aangenomen waarin de Israëlische activiteiten in Judea en Samaria -het Bijbelse hartland van het joodse volk- worden bekritiseerd.
In de 'Cairo Verklaring voor het Behoud van Jeruzalems Antiquiteiten' van 2001 beschuldigde UNESCO Israël er valselijk van de islamitische antiquiteiten op de Tempelberg en in de Oude Stad te vernietigen. Dit was een weinig verhulde poging om de aandacht af te leiden van de Palestijnse misdaden tegen de archeologische opgravingen en historische gebouwen in de Israëlische hoofdstad. Tijdens de 50e verjaardag van de VN weigerde de UNESCO in een resolutie over de Tweede Wereldoorlog ook maar één woord te wijden aan de Holocaust, ondanks het verzoek van Israël om melding te maken van de massale genocide op (minstens) 6 miljoen joden door de Nazi's.
Joodse geleerde postuum 'bekeerd' tot de islam
De UNESCO neemt steeds krankzinnigere maatregelen omdat de joodse staat ondanks alle aanvallen nog steeds op zijn eigen plek bestaat. Zo gaf de organisatie de joodse arts en theoloog Maimonides -Rabbi Moshe Ben Maimon- plotseling een islamitische naam: Moussa ben Maimoun, waarmee de Rabbi door de geschiedvervalsers van de VN postuum tot de islam werd 'bekeerd'! (Over 50 jaar gebeurt hier hoogstwaarschijnlijk hetzelfde en zal Willem van Oranje als vrome moslim in de geschiedenisboekjes worden beschreven - X.)
Tijdens de Middeleeuwen nam de Franse inquisitie de boeken van Maimonides in beslag en werden deze verbrand. Nu, vanaf de elegante Parijse boulevards, volgen de moderne inquisiteurs van de UNESCO hetzelfde verschrikkelijke pad en proberen ze uit alle macht de geschiedenis, de wereld en vooral het land Israël permanent Judenrein te maken.
Bovenstaand artikel is afkomstig van www.xandernieuws.punt.nl
zondag 31 juli 2011
zaterdag 30 juli 2011
Breivik is geen Christen, niet gelovig, maar een zieke geest.
In het Nederlands Dagblad van donderdag 28 juli jl. stond onderstaand artikel. Van verschillende kanten wordt het Christendom, of conservatief Christelijk in een kwaad daglicht gezet, doordat in de media verscheen dat Breivik een "fundamentalistische Christen" zou zijn.
Breivik heeft niets met de inhoudelijke kant van het Christendom. Dat kan ook niemand volhouden na zijn daden, die vanuit geen enkele Christelijke overtuiging te rechtvaardigen zijn. Onderstaand artikel geeft een goede analyse.
De lege winkel van Anders Breivik
Het christendom is voor Anders Breivik slechts nuttig als cultuur, bruikbaar voor de orde in de samenleving, net als bij Napoleon. Maar meer nog is hij de zwarte ridder, die kaf van koren moet scheiden.
Toen duidelijk werd dat de bomaanslag in Oslo en de schietpartij op het eiland Utøya niet het werk waren van een allochtone jihadist, maar van een autochtone Noor, wilden we een passende verklaring die kon gelden als tegenhanger van het moslimfundamentalisme. Omdat Anders Behring Breivik op zijn facebookprofiel bij religie ‘christen’ had ingevuld, lag het bevrijdend antwoord voor de hand: de dader was een fundamentalistische christen. Op de Vlaamse commerciële televisie (VTM) noemde een in der haast bijeengeroepen ‘deskundige’, onwetend dat Noren lutheranen zijn, de dader zelfs ‘extreem katholiek’. Het scheelde niet veel, of sommigen zochten naar verklaringen in het geloof zelf.
Nu blijkt van dat alles niets waar te zijn. Katholiek is Breivik al helemaal niet (katholieken moet je met een vergrootglas zoeken in Noorwegen), laat staan dat hij daarin extreem zou zijn (wat dat ook mag wezen). Kerkganger is hij al evenmin, niet in de lutherse staatskerk en ook niet bij een sekte, laat staan dat er fundamentalisme aan te pas zou komen. Eigenlijk is hij niet eens gelovig, schrijft Breivik in zijn 1500 bladzijden tellende handleiding 2083, al is die opgesierd met het rode kruis van de Tempeliers. Hij vindt het christendom nochtans belangrijk. Niet om erin te geloven, maar om het te gebruiken.
Nu is Breivik niet de eerste die het geloof wil gebruiken voor politieke doelstellingen. Napoleon wist dat de kerk goed was voor de morele orde van de samenleving, toen hij uitriep: ‘Eén pastoor is tien gendarmes waard!’ Op die lijn zat eigenlijk ook de Vlaamse socialistische politicus Steve Stevaert, toen hij het geloof nuttig noemde. Breivik zegt eveneens dat het christendom bruikbaar is voor de orde. Maar eigenlijk zit zijn denken over het ‘nut’ van het christendom in een andere traditie; die van de nieuwe-ordebewegingen: in Frankrijk Action française, in Nederland de NSB, die het christendom vaag cultureel omschreef als ‘essentiëelen inhoud van den geest onzer natie’.
cultuur
Het christendom is daarbij dus niet zozeer geloof (want wie gelooft in een liefhebbende God, kan moeilijk haat preken) en nog minder ethiek (want wie zich beroept op de christelijke moraal, kan moeilijk moord als een middel zien), maar ‘cultuur’. Maar wat betekent ‘cultuur’ hier? Niets!
Onze samenleving die het interculturele gesprek moet aangaan, moet het christelijke fundament van haar cultuur weer blootleggen om tot gesprek te kunnen komen van identiteit tot identiteit. Bij iemand als Breivik gaat het echter niet om een fundament, maar om een uithangbord. Desnoods een uithangbord bij een lege winkel. En dat bord zegt: moslim komt er niet in! Meer niet. Dat is de kern van het verhaal van Breivik (met helaas gruwel tot gevolg) en ook van dat van onze ‘extreemrechtse’ mensen (met slechts kletspraat tot gevolg): hun eigen cultuur is leeg. Precies dat verklaart ook het amalgaam bij Breiviks ‘cultuurbeeld’.
zwarte ridder
Anders Breivik was trots op zijn Vikingachtergrond. Hij gaf zichzelf ook de titel van ridder in de Orde van de Tempeliers. Hij liet zich eveneens fotograferen met het schort om van de Vrijmetselaarsloge van Oslo waartoe hij wel behoorde. Breivik schraapte zijn identiteit bijeen uit werelden die historisch noch inhoudelijk iets met elkaar te maken hebben, maar één ding delen: wat we erover weten heeft meer met fictie dan met werkelijkheid te maken.
Wie van de mythe de geschiedenis maakt, creëert een gevaarlijke denkwereld. Hij vindt immers een groots verleden uit waaraan de toekomst moet worden gespiegeld. Zijn blonde haren en zijn blauwe ogen - de mythe van de arische Übermensch - bevestigden Breivik in zijn overtuiging dat hij de brug was tussen dat verleden en die toekomst.
De werkelijkheid van de samenleving lag in de weg. Daarom trad Breivik als een zwarte ridder uit de mythe de werkelijkheid binnen. Om te scheiden: kwaad van goed, kaf van koren, onkruid van gewas.
‘Wreed maar noodzakelijk’, noemde hij achteraf zijn moordpartij. Breivik meende te weten waar de vijand zich bevond, de vijand van zijn mythisch wereldbeeld. SS-leider Himmler beriep zich eveneens op de noodzaak van de wreedheid om de Endlösung te rechtvaardigen. Ook hij had voor zichzelf en zijn SS een germaanse mystiek uitgedacht die een samenraapsel was uit allerlei ‘romantische’ mythes. Flauwekul maar wel ‘nuttig’.
Als we dan toch een tegenhanger van het moslimfundamentalisme zoeken, dan zit deze precies daar: de wegens onwetendheid geconstrueerde fictie. Zoals de jihadisten de islam én hun cultuur niet kennen, kent Breivik niets van het christendom en onze cultuur.
Mark van de Voorde is publicist en raadgever van Belgische premier Leterme en Belgische vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken Vanackere
Politieke lessen aanslagen Oslo
Naar aanleiding van de vreselijke aanslagen in Oslo en Utoya dient de vraag zich aan of er ook een politieke lessen of verantwoordelijkheden kunnen en/of moeten genomen worden naar aanleiding van de daden die Anders Behring Breivik begaan heeft.
Deze vraag is niet alleen actueel en relevant in Noorwegen zelf, maar ook in Nederland nu duidelijk is dat de dader sympathie blijkt te hebben voor o.a. het gedachtegoed van Geert Wilders.
Onder andere politieke tegenstanders van Wilders grijpen de sympathie van Breivik voor Wilders direct aan om hem aan te vallen. Dat lijkt een logische reactie, ook bij mijzelf heb ik die primaire reactie bespeurd, maar is toch een eenzijdige en oppervlakkige reactie.
Geert Wilder is een resultaat van de gevoerde politiek en de maatschappelijke ontwikkelingen van de afgelopen tientallen jaren, waarin langzamerhand maar beslist de cohesie in de samenleving is afgebroken. De partijen die hard hebben gestreefd naar het centraal stellen van het individu, het recht op vrije meningsuiting en religie als achterhaald achten etc, zijn in dit streven veel te ver doorgeslagen. Het IKKE-isme is welhaast tot een radicaal religieus gedachtegoed verheven. De verzuiling is tot op het bot afgebroken en daarmee ook iedere vorm van sociale cohesie, sociale controle, sociale vangnetten etc. Er is hier echter niets voor in de plaats gekomen, behalve dan vrijheid blijheid.
Een streven van de Christelijke partijen om de samenleving weer meer centraal te stellen in plaats van het individu, wordt door de meeste andere partijen afgedaan als betutteling
Bovenstaande situatie, die kenmerkend is voor een groot deel van de westerse wereld, leidt er dus toe dat mensen buiten de boot vallen, zich terugtrekken uit de maatschappij, vanuit een anonimiteit kunnen radicaliseren via internet, waarop allerlei dwaze en ziekmakend gedachtegoed beschikbaar is en gedeeld kan worden. Lone-wolfs kunnen in een dergelijke omgeving makkelijk ontstaan en uitgroeien tot massamoordenaars. Ook in Nederland hebben we recent in Alpen aan de Rijn een vreselijke gebeurtenis gehad. En niemand die het ziet aankomen……
Wat Geert Wilders verweten kan worden is zijn onbeschaafde wijze van politiek voeren, waarin hij verbaal geweld niet schuwt. Het woord “kopvoddentax” is wat mij betreft een dieptepunt in de Nederlandse politiek, het geeft blijk van een zeer respectloze en denigrerende houding t.a.v. een bevolkingsgroep. Het zou hem sieren als hij publiekelijk hier afstand van zou nemen, want vooralsnog geeft hij hiermee het signaal af dat respectloos omgaan met anderen gelijk staat aan de vrijheid van meningsuiting. Tevens is zijn stijl, het schreeuwen naar anderen met de vingers in de oren, een buitengewone belediging voor onze democratische rechtstaat. Hij gebruikt de voordelen, het recht op vrije meningsuiting, maar schoffeert de democratie tegelijkertijd, door het ontwijken van de plicht op verantwoording voor wat je zegt en doet. Het veroorzaakt een klimaat waarin alle remmen los kunnen gaan en dat je kunt doen en zeggen waar je zin in hebt, zonder rekening te hoeven houden met anderen. Dit leidt tot een nog grotere vervreemding van elkaar en de bereidheid om naar elkaar te luisteren neemt af. Het roept agressie op aan de uiteinden van het politieke spectrum.
De partijen die het centraal stellen van het individu tot een van de belangrijkste uitgangspunten hebben bepaald, dienen zich af te vragen op welke wijze ze weer een balans kunnen aanbrengen in relatie tot de samenleving als geheel, de onderlinge cohesie etc. Het moet zo langzamerhand ook voor deze partijen wel duidelijk worden dat de door hun gekozen weg geen oplossingen biedt voor de problemen van deze tijd. Het moet ze toch te denken geven dat na de ontzuiling en de ongeremde individuele vrijheid er op dit moment zoveel mensen zijn die vereenzamen en geen beroep meer kunnen doen op hun omgeving of dat de omgeving niet omkijkt naar het individu. Gezinnen vallen uit elkaar, vaders en moeders worden gedwongen te werken, de 24-uurs economie en arbeidsparticipatie staan boven alles verheven waardoor gezinsverbanden beschadigd worden, er geen controle is en de problemen thuis al in de gezinnen beginnen. Onverschilligheid t.a.v. de omgeving, zolang het jouw persoonlijke belangen niet schaadt, is kenmerkend voor deze tijd. Allerlei rechten op eisen, maar weinig maatschappelijke “plichten” op zich willen nemen.
Doordat in het westen sociale verbanden afgebroken worden ontstaat er vanzelf een angst voor vreemden c.q. buitenstaanders die als bedreigende groep worden neergezet. Want hoe kan je als individu overleven t.o.v. een dergelijke groep ?
Vanuit deze angst geredeneerd zijn het dus deze partijen zelf die het podium beschikbaar stellen aan Geert Wilders om zijn boodschap van vervreemding uit te dragen. De inrichting van de westerse samenleving is dus een wezenlijk onderdeel van het probleem en veroorzaakt uitwassen en verschrikkingen zoals die in Oslo en Utoya hebben plaatsgevonden.
De achtergrond en motieven van Anders Behring Breivik zijn nogal vaag. Hij ontleent zijn gedachtegoed en identiteit aan allerlei verschillende stromingen, bewegingen en personen. Een zeer interessant artikel hierover stond in het ND van afgelopen donderdag 28 juli onder de titel: "De lege winkel van Anders Breivik" . Zeer de moeite waard om te lezen. http://www.nd.nl/artikelen/2011/juli/28/de-lege-winkel-van-anders-breivik
Ik kom dan ook tot de conclusie dat politiek met een C keihard nodig is in deze tijd en dat zij juist nu leiderschap moet tonen en zich geen etiketten als “betutteling” meer moet laten aanmeten. Omzien naar elkaar, Bijbelse begrippen als zorg voor vreemdelingen, weduwen en wezen en naastenliefde zijn zaken die opnieuw op de kaart gezet moeten worden vanuit een Christelijke overtuiging. Juist in een Christelijke samenleving is het mogelijk om op respectvolle wijze je mening te uiten, je in vrijheid als individu te kunnen ontplooien en in verbondenheid met elkaar, het maximale op een verantwoordelijke wijze uit de samenleving te halen.
zaterdag 23 juli 2011
VN mensenrechtenraad, Durban3: een Gotspe!
Binnenkort vindt Durban3 plaats. Een aantal landen dreigt niet te komen vanwege de omstreden houding tijdens de twee vorige Durban's ten aanzien van de staat Israël.
Deze door de VN georganiseerde conferentie inzake mensenrechten blijkt al twee keer een zware anti-Israël lobby te zijn geweest. Maar het is toch een door de VN georganiseerde conferentie waarbij de VN een neutraal boven de partijen staande organisatie is ?
Verre van. En dat heeft alles te maken met de VN mensenrechtenraad zelf. Door haar samenstelling blijkt dit een puur politiek anti-Israël clubje te zijn, dat het niet de moeite waard vindt om mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen begaan in Darfur, Zimbabwe, Noord-Korea etc. Nee, 40% van de resoluties zijn tegen Israël aangenomen.
Hoe het precies zit ? Zie onderstaande video !
Deze door de VN georganiseerde conferentie inzake mensenrechten blijkt al twee keer een zware anti-Israël lobby te zijn geweest. Maar het is toch een door de VN georganiseerde conferentie waarbij de VN een neutraal boven de partijen staande organisatie is ?
Verre van. En dat heeft alles te maken met de VN mensenrechtenraad zelf. Door haar samenstelling blijkt dit een puur politiek anti-Israël clubje te zijn, dat het niet de moeite waard vindt om mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen begaan in Darfur, Zimbabwe, Noord-Korea etc. Nee, 40% van de resoluties zijn tegen Israël aangenomen.
Hoe het precies zit ? Zie onderstaande video !
donderdag 21 juli 2011
De waarheid over de Westbank
In de volksmond worden de gebieden Judea en Samaria, die de Palestijnen en de internationale media consequent de Westbank noemen, ook stelselmatig betiteld als de bezette gebieden. Bezet betekent zoiets als oneigenlijk, onterecht,.....
Maar van wie of aan wie behoorde deze gebieden dan voordat Israël deze gebieden veroverden ?
Zeker niet aan de Palestijnen.
Zie onderstaande video. Een heldere en een simpele uitleg, inzake een leugen die al sinds 1967 consequent te horen valt. Als je het maar lang genoeg vol houdt, gaan mensen er nog in geloven ook. Daarom is het goed onderstaande video te zien en te beluisteren.
Maar van wie of aan wie behoorde deze gebieden dan voordat Israël deze gebieden veroverden ?
Zeker niet aan de Palestijnen.
Zie onderstaande video. Een heldere en een simpele uitleg, inzake een leugen die al sinds 1967 consequent te horen valt. Als je het maar lang genoeg vol houdt, gaan mensen er nog in geloven ook. Daarom is het goed onderstaande video te zien en te beluisteren.
woensdag 20 juli 2011
Sion en antizionisme: een bijbels perspectief !
Onderstaand artikel komt uit het zoeklicht van 2008. Afgezien van het feit dat enkele zaken achterhaald zijn, zoals Bush en "de huidige" Israëlische regering, is dit een treffend artikel en geeft het ook inzicht in het ontstaan en de duidingen van de naam Sion.
Schrijver is Drs. J.van Barneveld, die reeds meerdere boeken heeft geschreven over Israël, in historisch, actueel en profetisch perspectief. Ook geeft Drs van Barneveld lezingen op uitnodiging. Twee keer heb ik hier getuige van mogen zijn. Ten zeerste aanbevolen.
Ook kunt u zijn website bezoeken, waar u een schat aan informatie kunt vinden.
http://janvanbarneveld.nl/
Het artikel
.
Ouderwets antisemitisme is uit de mode. Behalve in Arabische landen. Daar is het nazi-antisemitisme springlevend. Antizionisme is de nieuwe jas waarin haat tegen Israël en het Joodse volk gehuld en verhuld wordt. Vroeger werden individuele Joodse mensen als ‘Untermenschen’ zwart gemaakt. Nu wordt Israël internationaal gedemoniseerd en onder druk gezet. Zelfs president Bush gaf Israël tijdens zijn bezoek vorige maand het brandmerk van agressor! Wat zit hier achter? Wat is er met Sion, waartegen de hele wereld zo fel ‘anti’ is, aan de hand?
Schrijver is Drs. J.van Barneveld, die reeds meerdere boeken heeft geschreven over Israël, in historisch, actueel en profetisch perspectief. Ook geeft Drs van Barneveld lezingen op uitnodiging. Twee keer heb ik hier getuige van mogen zijn. Ten zeerste aanbevolen.
Ook kunt u zijn website bezoeken, waar u een schat aan informatie kunt vinden.
http://janvanbarneveld.nl/
Het artikel
.
Hoe komt het dat ‘zionisme’ een vies woord geworden is?
Hoe komt het dat ‘zionisme’ een vies woord geworden is? Waarom is bijna de hele wereld, zelfs de huidige regering van Israël en de Reform (liberale) Joden in de VS antizionistisch zijn geworden? Het NOS journaal, dagbladen, nieuwsrubrieken, hulporganisaties en zelfs kerkelijke instanties slikken bijna gretig leugens en halve waarheden over Israël en spelen die door naar hun achterland.Ouderwets antisemitisme is uit de mode. Behalve in Arabische landen. Daar is het nazi-antisemitisme springlevend. Antizionisme is de nieuwe jas waarin haat tegen Israël en het Joodse volk gehuld en verhuld wordt. Vroeger werden individuele Joodse mensen als ‘Untermenschen’ zwart gemaakt. Nu wordt Israël internationaal gedemoniseerd en onder druk gezet. Zelfs president Bush gaf Israël tijdens zijn bezoek vorige maand het brandmerk van agressor! Wat zit hier achter? Wat is er met Sion, waartegen de hele wereld zo fel ‘anti’ is, aan de hand?
Viermaal Sion
In de Bijbel wordt Sion voor het eerst genoemd in 2 Samuël 5:7. ‘Maar David veroverde de burcht Sion, dat is de stad van David’. Het is de naam van de heuvel ten Zuiden van Jeruzalem, net buiten de muur van de Oude Stad. Later werd het begrip Sion uitgebreid naar het Noorden. De Tempelberg viel toen binnen Sion. De Tempel en het paleis van de koning van Israël werden het centrum van Sion. De profetie zegt dan ook: ‘Ik heb immers mijn koning gesteld over Sion, mijn heilige berg’ (Psalm 2:6). Sion is ‘Gods heilige berg’. De Koning Messias zal vanaf die plaats Israël en de wereld regeren. Nog later werd het begrip Sion verder uitgerekt. De hele stad Jeruzalem werd Sion. ‘Geprezen zij de HERE uit Sion, Hij die te Jeruzalem woont’ (Psalm 135:21). En: ‘Jeruzalem, roem de HERE, Sion, loof uw God’ (Psalm 147:12). Volken zullen ‘al uw broeders brengen… naar mijn heilige berg, naar Jeruzalem’ (Jesaja 66:20). Ten slotte worden de inwoners van Jeruzalem en ook van heel Israël herhaaldelijk aangesproken als ‘dochters van Sion’. Verder: ‘Ik, die de hemel uitspan… en tot Sion zeg: Gij zijt mijn volk’ (Jesaja 51:16). Dus Sion heeft in de Bijbel, in Gods Boek, een belangrijke en brede, viervoudige betekenis. Daarom is het antizionisme van de Islam, van de wereld en ook van christelijke kant, een groot gevaar.Heilig Sion
Sion is dus voor God, de Heilige van Israël, van groot belang. Niet alleen voor Israël maar ook voor de hele wereld. Eerst een paar ‘bewijsteksten’ uit Gods Woord en daarna een korte toelichting.‘Want de HERE heeft Sion verkoren, Hij heeft het Zich ter woning begeerd. Dit is mijn rustplaats voor altijd’
‘…de HERE der heerscharen, die op de berg Sion woont’
‘Zij zullen u noemen: De stad van de HERE, het Sion van de Heilige van Israël’
‘De HERE zal blijven wonen op Sion’
Sion is de residentie van de God van Israël en van de komende Messias. Voor altijd! Wel lezen we in Ezechiël 11 hoe de ‘heerlijkheid van de HERE’ uit de stad vertrekt. Maar Sion blijft ‘het Sion van de Heilige van Israël’. Een voorbeeld maakt dit duidelijk. Als u een paar maanden naar het buitenland gaat, blijft uw huis in Nederland ‘uw residentie’. In Ezechiël 43 zien we dan ook de ‘heerlijkheid van de God van Israël’ terugkomen. Het hele land zal stralen van vreugde vanwege de heerlijkheid van de HERE. Waar? In Sion! In de loop van de eeuwen hebben heel wat machtige volken zich aan Sion (tempel, stad en volk) vergrepen. Al die wereldrijken en volken hebben zich lelijk verwond of zijn te gronde gegaan. Dat is ook het lot van de Islam. ‘…de HERE der heerscharen, die op de berg Sion woont’
‘Zij zullen u noemen: De stad van de HERE, het Sion van de Heilige van Israël’
‘De HERE zal blijven wonen op Sion’
Het Sion van Gods hart
Weer enkele uitspraken uit Gods Woord en een korte toelichting.‘Maar Hij verkoos de stam van Juda, de berg Sion die Hij liefheeft’
‘De HERE heeft Sions poorten lief’
‘Ik ben voor Jeruzalem en voor Sion in grote ijver ontbrand; in gloeiende ijver ben Ik ervoor ontbrand’
‘Nóg zal de HERE Sion troosten, Jeruzalem nóg verkiezen’
De HERE is sterk en emotioneel bij Sion betrokken. ‘Ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde’ (Jeremia 31:3). Vooral sinds 1967 toen na bijna 19 eeuwen Jeruzalem weer onder Israël viel, is de HERE vol ‘gloeiende ijver’ voor Sion. Wee de volken en machthebbers die Jeruzalem willen opdelen en de ‘heilige berg’ in onheilige handen overgeven. Het is regelrechte opstand tegen de Almachtige. In januari 2008 wilde Israël 307 huizen bouwen op de heuvel Har Homa, tussen Bethlehem en Jeruzalem. Binnen de officiële grenzen van Jeruzalem. De VS zei: Nee! Maar de Bijbel zegt: ‘de HERE bouwt Jeruzalem’ (Psalm 147:2). Als de HERE bouwt, wie zal het keren? ‘De HERE heeft Sions poorten lief’
‘Ik ben voor Jeruzalem en voor Sion in grote ijver ontbrand; in gloeiende ijver ben Ik ervoor ontbrand’
‘Nóg zal de HERE Sion troosten, Jeruzalem nóg verkiezen’
Sion, stad van de Grote Koning
Vaak spreekt de Bijbel over Sion als koningsstad.‘De HERE strekt van Sion uw machtige scepter uit’
‘De HERE der heerscharen zal Koning zijn op de berg Sion en in Jeruzalem’
‘Jubel, dochter van Sion; juich Israël……de Koning van Israël, de is in uw midden; gij zult geen kwaad meer vrezen’
‘Schoon door zijn verhevenheid, een vreugde voor de hele aarde is de berg Sion ….de stad van de Grote koning’
De Here Jezus haalt de laatste tekst aan in de bergrede (Matteüs 5:35). Hierdoor krijgt Sion ook een stempel van het NT. Steeds grootser wordt de betekenis van Sion. Wie zou geen ‘zionist’ willen zijn? ‘De HERE der heerscharen zal Koning zijn op de berg Sion en in Jeruzalem’
‘Jubel, dochter van Sion; juich Israël……de Koning van Israël, de is in uw midden; gij zult geen kwaad meer vrezen’
‘Schoon door zijn verhevenheid, een vreugde voor de hele aarde is de berg Sion ….de stad van de Grote koning’
Sion en de verlossing
Niet alleen voor Israël, maar ook voor het heil van de hele wereld is Sion belangrijk.‘Maar als Verlosser komt Hij voor Sion’
‘Och, dat uit Sion Israëls redding daagde’
‘De Verlosser zal uit Sion komen’
‘Want uit Sion zal de wet uitgaan en het Woord van de HERE uit Jeruzalem’
De HERE zal niet alleen Sion verlossen. Ook de wederkomst van de Here Jezus zal vanuit Sion zijn. Het komende Koninkrijk zal vanuit Sion worden geregeerd. Dan zullen Gods heil en vrede brengende wetten over de hele aarde gaan. Eindelijk zal ‘eindeloos de vrede zijn op de troon van David, doordat hij het sticht en grondvest met recht en gerechtigheid’ (Jesaja 9:6). Moge de Grote Koning spoedig komen. We zien naar Hem uit! ‘Och, dat uit Sion Israëls redding daagde’
‘De Verlosser zal uit Sion komen’
‘Want uit Sion zal de wet uitgaan en het Woord van de HERE uit Jeruzalem’
Antizionisten
We zouden bijna concluderen dat de God van Israël de ‘Eerste Zionist’ is. Antizionisme en alle pogingen Jeruzalem in handen te krijgen, te internationaliseren of te verdelen wekken de toorn van de HERE op. Wat overkomt die kerkelijke en wereldlijke antizionisten?‘Beschaamd zullen worden en terugdeinzen allen die Sion haten; zij zullen zijn als gras op de daken dat verdort, voordat men het uittrekt’
Kerken die Gods visie op en plannen met Sion niet steunen, zullen vruchteloos zijn als verdord gras. Opwekking los van Sion zal mislukken. Immers zij zullen zijn als gras, dat verdort, voordat het wordt uitgetrokken. De antizionistische wereld en de haters van Sion zullen enorm schrikken en te schande worden gemaakt als ze zien hoe de HERE voor ‘Zijn’ Sion optreedt. Waarom de Heilige van Israël het nu al meer dan 1300 jaar heeft toegelaten dat die islamitische onheiligdommen de berg Sion ontsieren, is een raadsel. Laten we dus niet vergeten te bidden voor de vrede van Jeruzalem. Totdat Sion genoemd wordt: ‘De stad van de HERE, het Sion van de Heilige van Israël’ (Jesaja 60:14). Zoeklicht 2
19 Februari 2008.
19 Februari 2008.
dinsdag 19 juli 2011
Wist u dat ? 30-feiten op een rij !
Wist u dat:
- Het Joodse volk al meer dan 3.500 jaar lang verbonden is met het land Israël ?
- Jeruzalem nooit hoofdstad is geweest van enig ander volk dan van de Joden ?
- Jeruzalem als woord meer dan 900 keer voor komt in de bijbel ?
- Jeruzalem niet 1 keer wordt genoemd in de koran ?
- De staat Israël niet is opgericht als gevolg van de WOII, maar dat deze oorlog de oprichting hoogstens heeft versneld ?
- De Joden al in de 19de eeuw land opkochten ?
- Theodoor Herzl in de 19de eeuw een Joodse leider was van het Zionistische streven naar een eigen staat als gevolg van o.a. antisemitisme in de 19de eeuw.
- Er naast honderduizenden Palestijnse vluchtelingen rond 1948 er minstens net zoveel Joodse inwoners in Arabische landen gedwongen werden om te vluchten en hierbij alles te moeten achterlaten ?
- Er in iedere oorlog vluchtelingen ontstaan als gevolg van geweld, maar dat veel Palestijnen al gevlucht waren voordat er geweld was omdat Arabische leiders daartoe opriepen in afwachting van hun verwachtte glorieuze overwinning ?
- Recht op terugkeer van Joodse vluchtelingen nooit ter sprake komt maar ook niet mogelijk is door de inmense haat in de Arabische wereld t.a.v. Joden ?
- Er nooit een Palestijns volk heeft bestaan of een arabische staat Palestina ?
- Het oorspronkelijke Britse Mandaatgebied verdeeld zou worden in een Joodse staat en een Arabische staat, het huidige Jordanië, bedoeld voor alle Arabische inwoners van het voormalige mandaatgebied ?
- Het omliggende Arabisch grondgebied ongeveer 640 keer groter is dan de Joodse staat ?
- Deze oorspronkelijke Arabische mede-bewoners, want ook Joden zijn altijd blijven wonen in dat gebied, gebruikt werden / worden door Arabische staten om Israël te delegitimeren ?
- Pas na de zesdaagse oorlog van 1967 er sprake is van een streven naar een Palestijnse staat en er sprake is van een Palestijns volk ?
- De voormalige arabische bewoners en ronddtrekkende stammen, die zich sinds 1967 Palestijnen noemen, niet geaccepteerd worden door landen als Libanon, Syrie, Jordanie, Egypte,...hun broeders! en tweederangsburgers in deze landen zijn met minder rechten dan de andere inwoners ?
- Israël door de internationale gemeenschap gedwongen wordt vrede te sluiten met een zeer verdeeld Palestijns leiderschap, maar dat dit totale leiderschap tegen een Joodse staat op voormalig Islamitisch grondgebied is ? Dar al-Harb ! Land-van-oorlog !
- Het volgens goed Islamitisch gebruik, naar het voorbeeld van Mohammed, mogelijk is een tijdelijke schijnvrede te sluiten met niet-moslims, om uit deze wapenstilstand sterker naar voren te komen om alsnog de vijand te verslaan ? Deze schijnvrede / wapenstilstand wordt Hudna/Hoedna genoemd.
- Arafat een dag na de Oslo-akkoorden in 1993 dit akkoord in het Arabisch verdedigde met een verwijzing naar deze Hoedna ?
- Heel vaak de Arabische Leiders iets anders zeggen in het Engels voor de internationale pers, dan in het Arabisch tegen hun eigen volk ?
- Arabische leiders stelselmatig Israël in discrediet trachten te brengen om de aandacht af te leiden van hun eigen interne "problemen", zijnde onderdrukking, uitbuiting van hun eigen inwoners ?
- De Arabische lente een gevaarlijke ontwikkeling is voor Israël, omdat mogelijk politieke extremistische machthebbers in omliggende landen worden ingeruild voor religieuze extremistische machthebbers ? Hamas in Gaza, Hezbollah in Libanon, Moslimbroederschap in Egypte, Syrie ?, Jordanie?
- Iran binnenkort over nucleaire mogelijkheden beschikt ?
- Israël de enige echte democratie is in het Midden-Oosten, met een onafhankelijke rechtspraak ?
- Israël het enige land is dat niet deel mag nemen aan de VN-Mensenrechtenraad ?
- Meer dan een kwart van de resoluties van deze raad tegen Israël zijn gericht ?
- Deze raad maar 1 vast agendapunt heeft: de "bezette" Palestijnse gebieden ?
- Er in deze raad niet of nauwelijks aandacht is voor de mensenrechten van inwoners van Zimbabwe, Darfur, Congo, Noord-Korea, Iran en die van vele andere dictatoriale landen en probleemgebieden ?
- U blij mag zijn indien u in het vrije westen woont, zonder omringd te worden door totalitaire, dictatoriale, onderdrukkende en haatdragende regimes ?
- Israël door onjuiste, onvolledige en eenzijdige informatie langzamerhand een paria in de wereld wordt, steeds meer alleen komt te staan en uw openlijke steun nodig heeft ?
Palestijnen en Arabische staat Palestina hebben nooit bestaan !
Op de weblog van Loor Schrijft, staat een zeer verhelderend stuk over het ontstaan van de staat Israël.
Het betreffende artikel is een weergave van een inteview met wijlen G.B.J. Hilterman.
Voor het volledige artikel verwijs ik naar de site van Loor : http://loorschrijft.web-log.nl/verwondering_is_het_begin/2009/10/een-sprong-in-v.html
Onderstaand vind je een aantal interessante en relevante zaken uit dit artikel. Interessant, omdat door de afnemende kennis van historische feiten, het noodzakelijk is dat deze feiten bekend blijven en meegenomen worden in de beschouwing en beoordeling van de huidige problematiek in het Israelisch-Palestijns conflict. Een conflict dat in feite geen conflict is dat gaat over land, maar ten diepste een geestelijk conflict betreft tussen het wezen, o.a. de geestelijke macht van de Islam, en zijn opstand tegen de God van Israël, JHWH. Door Israël haar bestaansrecht te ontkennen of te verwerpen, tracht dit wezen Gods werk te dwarsbomen. Gelukkig weten we vanuit Gods Woord, de bijbel, hoe dit zal aflopen.
Niet met een sprong, niet in andersmans huis, ook zeer bepaald niet in andermans staat. Een Arabische staat Palestina bestond namelijk niet en hééft nooit bestaan, zelfs niet onder een andere naam.
Het betreffende artikel is een weergave van een inteview met wijlen G.B.J. Hilterman.
Voor het volledige artikel verwijs ik naar de site van Loor : http://loorschrijft.web-log.nl/verwondering_is_het_begin/2009/10/een-sprong-in-v.html
Onderstaand vind je een aantal interessante en relevante zaken uit dit artikel. Interessant, omdat door de afnemende kennis van historische feiten, het noodzakelijk is dat deze feiten bekend blijven en meegenomen worden in de beschouwing en beoordeling van de huidige problematiek in het Israelisch-Palestijns conflict. Een conflict dat in feite geen conflict is dat gaat over land, maar ten diepste een geestelijk conflict betreft tussen het wezen, o.a. de geestelijke macht van de Islam, en zijn opstand tegen de God van Israël, JHWH. Door Israël haar bestaansrecht te ontkennen of te verwerpen, tracht dit wezen Gods werk te dwarsbomen. Gelukkig weten we vanuit Gods Woord, de bijbel, hoe dit zal aflopen.
Niet met een sprong, niet in andersmans huis, ook zeer bepaald niet in andermans staat. Een Arabische staat Palestina bestond namelijk niet en hééft nooit bestaan, zelfs niet onder een andere naam.
Israël temidden van de Arabieren
2 – Israël géén volk als ieder ander
Iedere staat heeft iets van een kunstwerk. Geen wonder dat de Voorzienigheid lang werd aangezien voor de enige stichter van staten en dat zij tot heftige gemoedsuitstortingen konden inspireren – nog steeds. Een staat is onvergelijkbaar met een vereniging ter behartiging van de belangen van haar leden. Wereldse staten bestaan niet, althans niet lang. Dit alles geldt a fortiori voor Israël. Om meer dan één reden! De eerste is dat het hier gaat om een uitzonderlijk volk. Het Joodse is niet het enige volk dat zich eeuwenlang zonder eigen staat heeft kunnen handhaven. Dat is tevens het geval met Basken, Droezen, Koerden, misschien mag men er ook Armeniërs en Litouwers toe rekenen. Geen dier volken werd echter verstrooid. Het Joodse is het enige volk dat verspreid werd over de aardbodem – als volk in de tijd, zegt de Spaanse diplomaat Salvador de Madariaga – en zich tóch met zijn bijzondere kenmerken en eigenschappen wist te handhaven.
3 – Het officiële Arabische standpunt: Israël moet vernietigd worden
De staat Israel moet vernietigd worden, dat was het officiële Arabische standpunt. Op de topconferentie van Arabische leiders in Chartoem, na de Arabische nederlaag in de zesdaagse oorlog van 1967, werd dat standpunt na rijp beraad nog eens nadrukkelijk herhaald. Een driewerf NEEN – géén erkenning, géén onderhandelingen, géén vrede – gaf de officiële Arabische politiek weer. Alleen korte tijd, gedurende de laatste maanden van het leven van de Egyptische leider Gamal Abdel Nasser, die in september 1970 overleed, scheen het alsof althans twee Arabische landen, de Verenigde Arabisch Republiek en Jordanië, bereid waren uit te gaan van het bestaan van het ‘feit’ Israël. Maar daar werd toen geen gestalte aan gegeven. Aarzelend wordt het standpunt van Chartoem tijdens de Geneefse conferentie, direct volgend op de Yom Kippur oorlog, enigszins verlaten, een indicatie gevend van omkeer. (2)
4 – Niet Duitsland, maar Rusland, gaf aanzet tot de aliya
Niettemin betekende begrip tonen voor het Arabische standpunt tot eind 1973 ook begrip tonen voor de mening dat Israël als natie niet kan en niet mag zijn. Daarom verbreiden velen, die dat voor de Arabische zaak kunnen opbrengen, visies over het ontstaan van Israël, die haar het blote recht op bestaan ontnemen. Tot hen behoort Isaäc Deutscher, een Britse journalist met een Pools-Joodse achtergrond en bedenker van de sprong uit het brandende huis en in andermans tuin, daarmee buurmans benen brekend! (3) Deze parabel suggereert dat Israël zijn bestaan dankt aan het misdadig antisemitisme van Adolf Hitler en dat de Joden uit het brandende nazihuis in een Arabische tuin zijn gesprongen, waar zij zich met geweld van meester hebben gemaakt. Een oppervlakkige luisteraar, niet op de hoogte van Israëls ontstaansgeschiedenis, mag dat verhaal geloofwaardig voorkomen. Ik moet hen teleurstellen. Het is zelfs geen ongeoorloofde simplificatie, ja het is een regelrechte falsificatie in strijd met de feitelijke geschiedkundige ontwikkelingen. Want het zijn niet de Duitse antisemieten, de zich nationaal-socialist noemenden, die de stoot hebben gegeven tot het ontstaan van een Joodse vestiging aldaar, evenmin zijn zij de aanzet geweest tot het uitroepen van een Joodse staat. Neen, het zijn Israëls huidige geacharneerde vijanden, de Russen, die de Joodse kolonie hebben doen ontstaan in de regio van wat nu Israël is. De pogroms in Rusland van 1881 tot 1884, waar de beschaafde wereld met ontzetting en afgrijzen van kennis van nam, deed veel Joden besluiten hun leven te wijden aan het zoeken van een betere woonplaats voor het vervolgde volk. Vooraanstaande Russische pleiters voor Joodse assimilatie, zoals de bekende arts Leon Pinsker uit Odessa, diep getroffen door de pogroms, zagen het nutteloze van hun emancipatiestreven in. Uit het Rusland der tsaren keerden daarom de eerste kolonisten, in wat de aliya heet, naar het land terug van hun voorvaderen, naar het beloofde land.
Niet dus springend uit een brandend huis en ook niet in andermans tuin. Slechts na lang aarzelen werd besloten te beproeven het Joodse huis in te richten in het nog onder Turkse heerschappij staande Palestina, toen doorgaans als deel van Syrië beschouwd. Daar zou niet toe zijn besloten, ware niet gebleken dat Palestina praktisch ontvolkt was geraakt. Omstreeks het jaar 1850 telde het minder dan 200.000 inwoners. In de Negevwoestijn zwierven nomaden en rovers die strooptochten ondernamen in de naburige omgeving. Betrouwbare gegevens hieromtrent – uit niet Joodse bron – treft men onder andere aan in een rapport van de Amerikaanse consul-generaal T.G. Wilson uit oktober 1881. Teruggekeerd van een oriëntatiereis vermeldt hij dat de vlakten geheel verlaten en verwaarloosd waren. Bij Jaffa leefden niet meer dan een paar honderd doodarme gezinnen in hutten tezamen met hun vee. In zijn “Recollections of Travels in the East” uit 1830 (herinneringen aan reizen in het Oosten) beschrijft John Carnet de bewoners van Palestina als vreesachtige apathische primitievelingen (barbarians). De landbouwende bevolking leed aan malaria en de oogziekte trachoom. In 1850 telde Haïfa, na Jeruzalem de grootste stad, ongeveer vierduizend mensen. Men treft deze gegevens aan in het boek van Walter Clay Lowdermilk “Palestine Land of Promise” (Palestina, land van belofte) uit 1944 (4), en men vindt ze aangehaald in het boek “Israël” uit 1949 van Jozeph Melkman. (5)
Niet in andermans tuin dus, maar naar vrijwel verlaten gebied trokken de kolonisten. Na de ontboming geërodeerd, werd het verlaten door de grote landeigenaren. Zo weinig belovend scheen de toekomst van dit geteisterde gebied, dat bij het Joodse beraad dikwijls als bezwaar tegen terugkeer naar Palestina werd aangemerkt, dat de Joden wellicht niet in staat zouden zijn dat verwaarloosde land weer vruchtbaar te maken.
5 – Geen sprong in andersmans land
Is Palestina Arabisch gebied? en dan nog wel: ‘heilig’ Arabisch gebied? Het is moeilijk andermans heiligverklaring te beoordelen. Het zogenaamde Heilige Land is voor de Joden zonder twijfel een heilige plaats. De betekenis van Jeruzalem voor de christenheid is minder groot, maar zeer wel invoelbaar. Waarom de Arabieren de stad “de nobele heilige plaats” noemen (al-Quds al-Sharif) is voor ons lastiger te begrijpen. Naar mijn gevoelen liggen de heiligste plaatsen van de Islam in de Hijaz (West Arabië). Ik kan begrijpen dat de zetels van de dynastiën van de grote kaliefen vereerd worden. De Arabische hang naar Jeruzalem komt mij eerlijk gezegd wat merkwaardig voor. Tenzij het land als standplaats van Joodse profeten heilig is, omdat die de openbaring van Mohammed zouden hebben aangekondigd. Maar dat is niet exclusief. Als standplaats van de profeten is het land voor ons allemaal heilig. Waarom wordt aangenomen dat nu juist van Jerusalem uit Mohammed op een trap van licht ten hemel reed, is mij niet evident. Maar ik heb het recht niet deze visie te verwerpen. Wel meen ik te mogen vaststellen dat de binding van de Islam met Jeruzalem niet hoger moet worden gewaardeerd dan die van Joden en Christenen met die stad, zodat in internationalisatie van de heilige sectoren van deze stad de oplossing dient te worden gezocht.
Verder vind ik het maar moeilijk om met veel overtuiging te spreken van andersmans tuin en Arabisch land, want al waren, als men heel ver terug wil gaan, de Hebreeën niet de bewoners van het land bij de schepping van de aarde, zij woonden er in ieder geval lang voordat in de zevende en achtste eeuw na Christus zich een stroom Arabieren naar die contreien richtte. En Joden zijn er altijd blijven wonen. Onafgebroken bleven sedert klassieke tijden Joodse kolonies bestaan in Jaffa, Jeruzalem en Haïfa.
In die verwaarloosde tuin dus geen wilde sprong. Tot 1948 zijn alleen stukken grond door aankoop in Joodse handen gekomen. Geen duimbreed is met geweld aan de eigenaren ontnomen. Voor gevoelens van wrevel onder de Arabieren zou daarom geen sprake mogen zijn. Hoe dat is gelopen staat bijvoorbeeld uitvoerig en geloofwaardig beschreven in Joseph Klausner’s biografie van Menahem Ussishkin, de grote man van het Joodse Nationale fonds (weer een voorman die niet Hitlers Derde Rijk, maar Rusland had verlaten), de zoon van de welvarende koopman Reb Mosje Zwi Ussishkin, die aanvankelijk in Dubrowna in Wit Rusland, later in Moskou woonde en door de jarenlange pogroms tot het zionisme werd bewogen. In de loop van 1920 begon Ussishkin onderhandelingen over de aankoop van de Jizreëlvallei in Palestina. Ze bestond gedeeltelijk uit moeras, waar malariamuskieten heersten. De prijs was veel hoger dan voor dezelfde grond in Zuid Californië. (6) Onaanvaardbaar hoog meen¬den velen, maar Ussishkin slaagde erin zijn vrienden tot aankoop te bewegen. Geen prijs is te hoog voor dit heilige land, betoogde hij. Bovendien: wij zullen het land saneren en dan is het zijn prijs waard. Zo is het gegaan. (7) De toestroom van Joden bewoog sommige Palestijnen terug te keren en het trok veel Arabische kolonisten aan. Want de Joodse immigranten brachten bedrijvigheid. (8) De welvaart groeide. Jaren later, na vestiging van de staat Israël, hebben de Palestijnse vluchtelingen die grondtransacties scherp veroordeeld. Hun gramschap richtte zich terecht meer op de Arabische verkopers, dikwijls rijkaards uit de Libanon, dan naar de Joodse kopers.
6 - Een Arabische ‘staat’ Palestina heeft nooit bestaan
Niet met een sprong, niet in andersmans huis, ook zeer bepaald niet in andermans staat. Een Arabische staat Palestina bestond namelijk niet en hééft nooit bestaan, zelfs niet onder een andere naam. Daar is de oorzaak van dat de Arabieren zich pas heel laat tot naties aaneengesloten hebben. In de geschiedenis voelden zij zich nooit aangespoord naties te stichten zoals wij die kennen. Hun profeet Mohammed heeft dat niet gedaan en ook niet zijn directe opvolgers, die als voorbeeld dienden voor wat later volgt. Tijdens de Ottomaanse c.q. Turkse overheersing vormden zich wel administratieve kringen met enig centraal gezag, maar geen naties in de moderne westerse zin van het woord. De nu bestaande Arabische naties zijn jonge formaties die vanuit westers initiatief zijn ontstaan. De meeste dateren uit de twintigste eeuw. Die kans kregen de Arabieren nadat zij waren bevrijd van de Turkse heerschappij, tenzij daarna nog een periode van Britse, Franse, Italiaanse of Spaanse kolonisatie aan vooraf ging. Voor wat de landstreek Palestina betreft, voor het deel dat nu Israël heet, werd staatsvorming pas mogelijk toen de vroegere Turkse provincie ophield een Brits mandaat te zijn.
De afschuwelijke tragiek van de niet-Joodse bewoners van het land Israël is dat het gewicht van dat ogenblik niet tot hen doordrong. Op het cruciale moment weigerden zij aan de staatsvorming deel te nemen omdat daar Joden bij betrokken waren ‘zonder echter zelf enigerlei initiatief te nemen’ …niet beseffend dat zij hun kans verpatsten. In de jaren ’47 en ’48 wezen de niet-Joodse bewoners van Palestina de gemengde Joods-Arabische staat van de hand, waar sommige van hun voormannen een kwart eeuw later zo vurig naar zeggen te verlangen. (9)
Mogen wij zeggen dat de Palestijnen met een zeker recht de Joodse rol bij de staatsvorming van de hand wezen? Werden zij met Joodse medebewoners opgescheept omdat Balfour tijdens de Eerste Wereldoorlog de vorming van een Joods nationaal tehuis in Palestina had toegezegd, daarmee de steun kopend van de internationale Jodenheid in de oorlog met de Centrale Mogendheden? Mij dunkt dat de zaak dan wordt omgekeerd. De Joden gingen niet naar Palestina vanwege de Balfourverklaring, maar die verklaring werd mogelijk en nuttig omdat de Joden reeds lang naar Palestina aan het terugkeren waren. Aan de staatvorming in Palestina namen Joden deel die sedert het einde van de negentiende eeuw naar het oude land waren weergekeerd. De Palestijnen werd ampel tijd gegund zich daarover te beraden, want de staatsvorming voltrok zich in slakkegang.
Na de Eerste Wereldoorlog gebruikte Engeland zijn toezegging aan de Joden als voorwendsel om Palestina als mandaatgebied te besturen. Het diende toezicht te houden op de tenuitvoerlegging van die belofte, maar daar schijnen ze zich niet erg druk om te hebben gemaakt. (10) Na de Tweede Wereldoorlog, om precies te zijn op 18 januari 1947, kondigde de Engelse regering aan dat zij geen formule kon vinden om een vreedzame samenleving van het Joodse en het gemakshalve met Arabisch aangeduide gedeelte van de bewoners mogelijk te maken. Zij zag geen weg dit koloniale gebied te dekoloniseren, dat wil zeggen van zijn Joodse nederzettingen te ontdoen.
7 – De Arabisch afwijzing van het verdelingsplan de ware oorzaak
Omdat Engeland zich terugtrok werd het op 28 april 1947 de taak van de Verenigde Naties de Palestinapuzzel op te lossen. In die jaren was deze organisatie met groot gezag bekleed. De hoop van de beschaafde wereld was op haar gevestigd. Na de rauwe oorlogsjaren, waarin onrecht en willekeur regeerden, werd naar de Algemene Vergadering met diep ontzag opgezien als het wereldforum van vertegenwoordigers van vredelievende en in recht en rede gelovende volken.
De Verenigde Naties maakten zich van het geval niet af met een Jantje van Leiden. Zij stelden een onafhankelijke commissie in die een rapport moest opstellen. Deze bezocht Palestina, ook Jordanië, en formuleerde haar bevindingen en aanbevelingen in Genève. De meerderheid kwam tot de conclusie dat men Palestina moest verdelen tussen Joden en Arabieren. Een minderheid stelde een federale oplossing voor. De Palestijnse Arabieren hadden het werk van de commissie geboycot en wilden van haar slotsommen niets weten. Het verdelingsplan van de commissie werd niet lichtvaardig door de Verenigde Naties overgenomen. Van oktober tot eind november 1947 werd er over beraadslaagd. Tenslotte viel de historische beslissing. Op 29 november 1947 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties met een tweederde meerderheid het verdelingsplan aan. Dit betekende dat het alleraanzienlijkste gezagsorgaan, het meest representatieve lichaam in de internationale politiek, zich op dat ogenblik had uitgesproken voor een verdeling, voor de inrichting dus van een Joodse staat en voor het onstaan van een andere op Arabisch bewoond gebied. Ziedaar het ogenblik waarop tot stand had kunnen komen wat nu door velen wordt bepleit: een Joodse staat en een Arabische staat, al dan niet in federatief verband. Het antwoord van de Arabieren: Neen! Ik geloof dat de Palestijnse niet-Joden toen een “Sternstunde der Menschheit” – ook voor hen – onbenut hebben gelaten.
Is dus het denkbeeld in Palestina een tehuis op te richten een reactie geweest op de Russische pogroms, het ontstaan van de staat Israël is niet het antwoord geweest op de Duitse gaskamers ‘maar op de Arabische afwijzing van het verdelingsplan van de Verenigde Naties.’ Want namen de Verenigde Naties op 29 november 1947 hun grote beslissing, eerst op 14 mei 1948 – een klein half jaar later – las David Ben Goerion de onafhankelijksheidsverklaring voor van de nieuwe republiek, Israël genaamd. Het zijn de Arabieren zelf geweest die door hun weigerachtige en agressieve optreden de laatste stoot tot de oprichting van de republiek Israël hebben gegeven.
De natie, Israël geheten, is door de wereld aanvaard. Elf minuten na de proclamatie erkende president Truman het land de facto en nog geen 48 uur zouden er verlopen voor de Sovjet Unie de staat, en dat zelfs de jure, erkende. Israël werd lid van de Verenigde Naties. In december 1948 onthielden zich nog vijf van de elf leden van de Veiligheidsraad (Frankrijk, Engeland, Canada, België en China) van stemming toen het gold Israël’s lidmaatschapsaanvragen te steunen; Syrië stemde tegen. In maart 1949 beval de Raad inwilliging aan; alleen Egypte was nog tegen. Engeland stemde blanco omdat Israël geen toezeggingen wilde doen omtrent het lot van Arabische vluchtelingen en een internationaal statuut voor Jeruzalem. In mei 1949 liet een tweederde meerderheid van de Algemene Vergadering Israël als 59ste lid toe van de Volkerenorganisatie. Desalniettemin bleef de Arabische wereld het bestaan van dat land ontkennen. Pas een kwart eeuw later mag uit enkele uitlatingen van vooraanstaande Arabische leiders, tijdens de reeds aangehaalde conferentie van Genève, worden afgeleid dat de Arabische wereld wellicht bereid is zich bij het bestaan van “het feit Israël” neer te leggen.
8 – Het Palestijnse vluchtelingenprobleem
Het is er heden ten dage (schrijft Hiltermann in 1974) niet eenvoudiger op geworden aanvaardbare schikkingen te treffen voor de niet-Joodsen van Palestina, in het bijzonder voor de vluchtelingen. Dat probleem is inmiddels door mythevorming overwoekerd. Laat mij beginnen vast te stellen dat een aantal Arabieren al vóór 1947 waren begonnen het mandaatgebied te verlaten. Daar behoorden de grootgrondbezitters en welgestelden toe. De Arabische wereld was toen, is dat trouwens voor een groot deel nog steeds, zeer elitair en kapitalistisch van structuur. Velen die bevreesd waren voor wat stond te gebeuren als Engeland het Mandaat afstond, namen de wijk, daar door niemand toe te zijn aangespoord.
Deze exodus zwol na het besluit van de Algemene Vergadering het land te verdelen tot een massale vlucht aan. De toen oplaaiende schermutselingen tussen Joodse veiligheidsorganisaties, burgerwachten en benden en hun Arabische tegenstanders, mondden in 1948 uit in een gezamenlijke aanval van de legers van de omringende Arabische landen op de nieuwe staat. Toen de V.N. een wapenstilstand gelastte, de partijen daarmee instemden en de bestandslijnen Israëls grenzen werden, bevonden zich buiten die omgrenzingen groepen burgers op Arabisch gebied die op drift waren geraakt.
Nog altijd wordt vinnig getwist over de vraag wie daarvoor verantwoordelijk is en dus verantwoordelijk voor het lot van al die honderdduizenden vluchtelingen. Van Israëlische zijde is te berde gebracht dat in Arabische radiouitzendingen werd aangespoord het terrein van de oorlogshandelingen te verlaten om pas terug te keren nadat het van de Joden gezuiverd was. Belangrijk vind ik deze discussie niet, want – mij dunkt – dat niet beslissend is welke radiozender of welke autoriteit tot de vlucht heeft aangezet. Zomin als de tienduizenden die in 1940 uit Nederland en België voor de Hitlerlegers uit naar Frankrijk wegvluchtten, hadden de Arabieren een dictaat of marsorder gekregen om hun biezen te pakken. Niet anders als die vluchtelingen in Europa gingen zij in doodsangst aan de haal voor het oorlogsgeweld. Verantwoordelijk voor hun lot is niet degene van wie een advies uitging, maar van wie het geweld uitging. Het is voor de óórlog dat de Arabieren vluchtten. Van wie in 1948 het initiatief tot de stijd is uitgegaan staat wel vast: niet de Israëli’s; het zijn de Arabische legers die de oorlogstoestand schiepen.
Vast staat dat destijds de Engele BBC-omroep de secretaris-generaal van de Arabische Liga op een persconferentie in Caïro als volgt citeert: “Dit zal een uitroeiingsoorlog worden en een geweldige slachting, waarover gesproken zal worden als over de Mongoolse moordpartijen en de kruistochten.” Overdreven taal natuurlijk. Maar wat viel er voor de simpele Arabische bevolking anders uit op te maken dan dat een gruwelijke tijd aanbrak?
Uit beschrijvingen van BBC-correspondent Erskine Childers (11), die met de Arabieren sympathiseert, blijkt dat er toen 650.000 vluchtelingen waren, en dat is bepaald het maximum. De laagste schatting bedraagt 300.000. Dat betekent dat er aanvankelijk niet meer vluchtelingen waren dan er mensen wonen in een forse Nederlandse stad. In theorie zou het doodsimpel zijn geweest hen op te vangen en elders onder te brengen, maar de praktijk lag anders. Het is grauwe theorie. Naar buiten toe voelen alle Arabieren zich broeders en zijn onderling solidair. Naar binnen toe ligt dat anders, want het weefsel van hun samenlevingen bestaat uit families, clans, stammen en enkele volken. Broeders van elders worden niet zomaar in deze structuren opgenomen. Dat geldt niet slechts voor de ontheemden uit Palestina. Zo zijn arme drommels uit Jemen bij hun welgestelde broeders in Koeweit welkom als gastarbeiders, maar meer ook niet. De Palestijnse vluchtelingen zijn dus niet geabsorbeerd in het omsluitende en dunbevolkte Arabische gemenebest. Ze zijn evenmin ten onder gegaan. Eerder hebben ze in de verstrooiing een duidelijker profiel gekregen. Toch komt hen, dat moet gezegd worden, een plaats toe in de Arabische wereld. Het is niet correct te beweren dat het de Israëli’s zijn die hun probleem hebben gecreëerd. Dat hebben de Arabieren zelf gedaan.
Er ontstond ook een tegenstroom die geruisloos in Israël werd opgenomen. Toen op niet mis te verstane wijze was kenbaar gemaakt dat de Joodse gemeenschappen niet meer welkom waren in de Arabische gastlanden waar ze tot dan toe verblijf hielden, vluchtte een nog groter aantal dan de Palestijnse vluchtelingenstroom naar Israël toe. En dat aspect wordt meestal verzwegen. (12)
Het kan ter begraving van de tuinmythe geen kwaad dit te bedenken: de gehele Arabisch-Islamitische bevolking telt 112 miljoen mensen. Dat is ruim genomen, indien het criterium Arabier grif wordt aanvaard voor mengvolken omdat ze op zo’n bijeenkomst als Chartoem vertegenwoordigd zijn. Deze menigte beschikt over 11,6 miljoen vierkante kilometer. Dat is een enorme uitgestrektheid – meer dan 280 maal de oppervlakte van Nederland en ruim 500 maal die van Israël. Op deze immense vlakte vragen nu twee en een half miljoen Joden, een 20% van het wereldjodendom, een stukje grond ter grootte van een postzegel. Een stofje zijn de Joden in de wereld. Op een speldeknopje ruimte menen zij recht te hebben…
________________________________________
Opmerking Luns: Op de kaart aan het begin van dit artikel en de navolgende is een deel van Israël anders ingekleurd. Dat is in feite Israëls hartland, omvattende Samaria en Judea, meestal aangeduid met de misleidende term “Westbank”. Samaria en Judea werden in de onafhankelijkheidsoorlog van 1948 door het Jordaanse leger bezet en dat bleef zo tot aan 1967 toen ze als gevolg van de Zesdaagse oorlog weer met de rest van Israël werden verenigd (toen werd ook de militairstrategische Golanhoogte ingelijfd). Tussen 1948 en 1967 deed Jordanië weinig of niets aan de ontwikkeling van deze gebieden. Er was toen wel enige Arabische bewoning. Ook was het zo dat grote delen alleen voor militairen toegankelijk waren.
Wat velen niet weten is dat de grote instroom van kolonisten pas tussen 1974 en 2000 plaatsvond, wat nog geen rol speelde toen Hiltermann zijn stuk schreef. In deze periode zijn naar schatting 400.000 Arabieren vanuit Syrië en Jordanië naar deze streken verhuisd, vaak op alleen een toeristenvisum. Als bleek dat de sociale omstandigheden en het arbeidsloon veel beter waren dan in hun thuisland, besloten ze te blijven. De Joden keerden na 1967 terug, eerst naar Hebron, waar de Joodse gemeenschap in 1929 was afgeslacht, maar ook naar de plaatsen rond Gush Etzion, die in 1948 door het Arabische Legioen waren vernietigd. Pas na 1973 zijn Joodse pioniers in de verlaten streken van Samaria, Benjamin en de Jordaanvallei gaan wonen, terwijl de inkomende Arabieren zich elders vestigden.
Door G.B.J. Hiltermann, politiek commentator en historicus (1914-2000)
Uit: Verzamelde Notities van op Reis en Thuis - 1974
B.V. Europese Publiciteits Maatschappij E.P.M. - Amsterdam
2 – Israël géén volk als ieder ander
Iedere staat heeft iets van een kunstwerk. Geen wonder dat de Voorzienigheid lang werd aangezien voor de enige stichter van staten en dat zij tot heftige gemoedsuitstortingen konden inspireren – nog steeds. Een staat is onvergelijkbaar met een vereniging ter behartiging van de belangen van haar leden. Wereldse staten bestaan niet, althans niet lang. Dit alles geldt a fortiori voor Israël. Om meer dan één reden! De eerste is dat het hier gaat om een uitzonderlijk volk. Het Joodse is niet het enige volk dat zich eeuwenlang zonder eigen staat heeft kunnen handhaven. Dat is tevens het geval met Basken, Droezen, Koerden, misschien mag men er ook Armeniërs en Litouwers toe rekenen. Geen dier volken werd echter verstrooid. Het Joodse is het enige volk dat verspreid werd over de aardbodem – als volk in de tijd, zegt de Spaanse diplomaat Salvador de Madariaga – en zich tóch met zijn bijzondere kenmerken en eigenschappen wist te handhaven.
3 – Het officiële Arabische standpunt: Israël moet vernietigd worden
De staat Israel moet vernietigd worden, dat was het officiële Arabische standpunt. Op de topconferentie van Arabische leiders in Chartoem, na de Arabische nederlaag in de zesdaagse oorlog van 1967, werd dat standpunt na rijp beraad nog eens nadrukkelijk herhaald. Een driewerf NEEN – géén erkenning, géén onderhandelingen, géén vrede – gaf de officiële Arabische politiek weer. Alleen korte tijd, gedurende de laatste maanden van het leven van de Egyptische leider Gamal Abdel Nasser, die in september 1970 overleed, scheen het alsof althans twee Arabische landen, de Verenigde Arabisch Republiek en Jordanië, bereid waren uit te gaan van het bestaan van het ‘feit’ Israël. Maar daar werd toen geen gestalte aan gegeven. Aarzelend wordt het standpunt van Chartoem tijdens de Geneefse conferentie, direct volgend op de Yom Kippur oorlog, enigszins verlaten, een indicatie gevend van omkeer. (2)
4 – Niet Duitsland, maar Rusland, gaf aanzet tot de aliya
Niettemin betekende begrip tonen voor het Arabische standpunt tot eind 1973 ook begrip tonen voor de mening dat Israël als natie niet kan en niet mag zijn. Daarom verbreiden velen, die dat voor de Arabische zaak kunnen opbrengen, visies over het ontstaan van Israël, die haar het blote recht op bestaan ontnemen. Tot hen behoort Isaäc Deutscher, een Britse journalist met een Pools-Joodse achtergrond en bedenker van de sprong uit het brandende huis en in andermans tuin, daarmee buurmans benen brekend! (3) Deze parabel suggereert dat Israël zijn bestaan dankt aan het misdadig antisemitisme van Adolf Hitler en dat de Joden uit het brandende nazihuis in een Arabische tuin zijn gesprongen, waar zij zich met geweld van meester hebben gemaakt. Een oppervlakkige luisteraar, niet op de hoogte van Israëls ontstaansgeschiedenis, mag dat verhaal geloofwaardig voorkomen. Ik moet hen teleurstellen. Het is zelfs geen ongeoorloofde simplificatie, ja het is een regelrechte falsificatie in strijd met de feitelijke geschiedkundige ontwikkelingen. Want het zijn niet de Duitse antisemieten, de zich nationaal-socialist noemenden, die de stoot hebben gegeven tot het ontstaan van een Joodse vestiging aldaar, evenmin zijn zij de aanzet geweest tot het uitroepen van een Joodse staat. Neen, het zijn Israëls huidige geacharneerde vijanden, de Russen, die de Joodse kolonie hebben doen ontstaan in de regio van wat nu Israël is. De pogroms in Rusland van 1881 tot 1884, waar de beschaafde wereld met ontzetting en afgrijzen van kennis van nam, deed veel Joden besluiten hun leven te wijden aan het zoeken van een betere woonplaats voor het vervolgde volk. Vooraanstaande Russische pleiters voor Joodse assimilatie, zoals de bekende arts Leon Pinsker uit Odessa, diep getroffen door de pogroms, zagen het nutteloze van hun emancipatiestreven in. Uit het Rusland der tsaren keerden daarom de eerste kolonisten, in wat de aliya heet, naar het land terug van hun voorvaderen, naar het beloofde land.
Niet dus springend uit een brandend huis en ook niet in andermans tuin. Slechts na lang aarzelen werd besloten te beproeven het Joodse huis in te richten in het nog onder Turkse heerschappij staande Palestina, toen doorgaans als deel van Syrië beschouwd. Daar zou niet toe zijn besloten, ware niet gebleken dat Palestina praktisch ontvolkt was geraakt. Omstreeks het jaar 1850 telde het minder dan 200.000 inwoners. In de Negevwoestijn zwierven nomaden en rovers die strooptochten ondernamen in de naburige omgeving. Betrouwbare gegevens hieromtrent – uit niet Joodse bron – treft men onder andere aan in een rapport van de Amerikaanse consul-generaal T.G. Wilson uit oktober 1881. Teruggekeerd van een oriëntatiereis vermeldt hij dat de vlakten geheel verlaten en verwaarloosd waren. Bij Jaffa leefden niet meer dan een paar honderd doodarme gezinnen in hutten tezamen met hun vee. In zijn “Recollections of Travels in the East” uit 1830 (herinneringen aan reizen in het Oosten) beschrijft John Carnet de bewoners van Palestina als vreesachtige apathische primitievelingen (barbarians). De landbouwende bevolking leed aan malaria en de oogziekte trachoom. In 1850 telde Haïfa, na Jeruzalem de grootste stad, ongeveer vierduizend mensen. Men treft deze gegevens aan in het boek van Walter Clay Lowdermilk “Palestine Land of Promise” (Palestina, land van belofte) uit 1944 (4), en men vindt ze aangehaald in het boek “Israël” uit 1949 van Jozeph Melkman. (5)
Niet in andermans tuin dus, maar naar vrijwel verlaten gebied trokken de kolonisten. Na de ontboming geërodeerd, werd het verlaten door de grote landeigenaren. Zo weinig belovend scheen de toekomst van dit geteisterde gebied, dat bij het Joodse beraad dikwijls als bezwaar tegen terugkeer naar Palestina werd aangemerkt, dat de Joden wellicht niet in staat zouden zijn dat verwaarloosde land weer vruchtbaar te maken.
5 – Geen sprong in andersmans land
Is Palestina Arabisch gebied? en dan nog wel: ‘heilig’ Arabisch gebied? Het is moeilijk andermans heiligverklaring te beoordelen. Het zogenaamde Heilige Land is voor de Joden zonder twijfel een heilige plaats. De betekenis van Jeruzalem voor de christenheid is minder groot, maar zeer wel invoelbaar. Waarom de Arabieren de stad “de nobele heilige plaats” noemen (al-Quds al-Sharif) is voor ons lastiger te begrijpen. Naar mijn gevoelen liggen de heiligste plaatsen van de Islam in de Hijaz (West Arabië). Ik kan begrijpen dat de zetels van de dynastiën van de grote kaliefen vereerd worden. De Arabische hang naar Jeruzalem komt mij eerlijk gezegd wat merkwaardig voor. Tenzij het land als standplaats van Joodse profeten heilig is, omdat die de openbaring van Mohammed zouden hebben aangekondigd. Maar dat is niet exclusief. Als standplaats van de profeten is het land voor ons allemaal heilig. Waarom wordt aangenomen dat nu juist van Jerusalem uit Mohammed op een trap van licht ten hemel reed, is mij niet evident. Maar ik heb het recht niet deze visie te verwerpen. Wel meen ik te mogen vaststellen dat de binding van de Islam met Jeruzalem niet hoger moet worden gewaardeerd dan die van Joden en Christenen met die stad, zodat in internationalisatie van de heilige sectoren van deze stad de oplossing dient te worden gezocht.
Verder vind ik het maar moeilijk om met veel overtuiging te spreken van andersmans tuin en Arabisch land, want al waren, als men heel ver terug wil gaan, de Hebreeën niet de bewoners van het land bij de schepping van de aarde, zij woonden er in ieder geval lang voordat in de zevende en achtste eeuw na Christus zich een stroom Arabieren naar die contreien richtte. En Joden zijn er altijd blijven wonen. Onafgebroken bleven sedert klassieke tijden Joodse kolonies bestaan in Jaffa, Jeruzalem en Haïfa.
In die verwaarloosde tuin dus geen wilde sprong. Tot 1948 zijn alleen stukken grond door aankoop in Joodse handen gekomen. Geen duimbreed is met geweld aan de eigenaren ontnomen. Voor gevoelens van wrevel onder de Arabieren zou daarom geen sprake mogen zijn. Hoe dat is gelopen staat bijvoorbeeld uitvoerig en geloofwaardig beschreven in Joseph Klausner’s biografie van Menahem Ussishkin, de grote man van het Joodse Nationale fonds (weer een voorman die niet Hitlers Derde Rijk, maar Rusland had verlaten), de zoon van de welvarende koopman Reb Mosje Zwi Ussishkin, die aanvankelijk in Dubrowna in Wit Rusland, later in Moskou woonde en door de jarenlange pogroms tot het zionisme werd bewogen. In de loop van 1920 begon Ussishkin onderhandelingen over de aankoop van de Jizreëlvallei in Palestina. Ze bestond gedeeltelijk uit moeras, waar malariamuskieten heersten. De prijs was veel hoger dan voor dezelfde grond in Zuid Californië. (6) Onaanvaardbaar hoog meen¬den velen, maar Ussishkin slaagde erin zijn vrienden tot aankoop te bewegen. Geen prijs is te hoog voor dit heilige land, betoogde hij. Bovendien: wij zullen het land saneren en dan is het zijn prijs waard. Zo is het gegaan. (7) De toestroom van Joden bewoog sommige Palestijnen terug te keren en het trok veel Arabische kolonisten aan. Want de Joodse immigranten brachten bedrijvigheid. (8) De welvaart groeide. Jaren later, na vestiging van de staat Israël, hebben de Palestijnse vluchtelingen die grondtransacties scherp veroordeeld. Hun gramschap richtte zich terecht meer op de Arabische verkopers, dikwijls rijkaards uit de Libanon, dan naar de Joodse kopers.
6 - Een Arabische ‘staat’ Palestina heeft nooit bestaan
Niet met een sprong, niet in andersmans huis, ook zeer bepaald niet in andermans staat. Een Arabische staat Palestina bestond namelijk niet en hééft nooit bestaan, zelfs niet onder een andere naam. Daar is de oorzaak van dat de Arabieren zich pas heel laat tot naties aaneengesloten hebben. In de geschiedenis voelden zij zich nooit aangespoord naties te stichten zoals wij die kennen. Hun profeet Mohammed heeft dat niet gedaan en ook niet zijn directe opvolgers, die als voorbeeld dienden voor wat later volgt. Tijdens de Ottomaanse c.q. Turkse overheersing vormden zich wel administratieve kringen met enig centraal gezag, maar geen naties in de moderne westerse zin van het woord. De nu bestaande Arabische naties zijn jonge formaties die vanuit westers initiatief zijn ontstaan. De meeste dateren uit de twintigste eeuw. Die kans kregen de Arabieren nadat zij waren bevrijd van de Turkse heerschappij, tenzij daarna nog een periode van Britse, Franse, Italiaanse of Spaanse kolonisatie aan vooraf ging. Voor wat de landstreek Palestina betreft, voor het deel dat nu Israël heet, werd staatsvorming pas mogelijk toen de vroegere Turkse provincie ophield een Brits mandaat te zijn.
De afschuwelijke tragiek van de niet-Joodse bewoners van het land Israël is dat het gewicht van dat ogenblik niet tot hen doordrong. Op het cruciale moment weigerden zij aan de staatsvorming deel te nemen omdat daar Joden bij betrokken waren ‘zonder echter zelf enigerlei initiatief te nemen’ …niet beseffend dat zij hun kans verpatsten. In de jaren ’47 en ’48 wezen de niet-Joodse bewoners van Palestina de gemengde Joods-Arabische staat van de hand, waar sommige van hun voormannen een kwart eeuw later zo vurig naar zeggen te verlangen. (9)
Mogen wij zeggen dat de Palestijnen met een zeker recht de Joodse rol bij de staatsvorming van de hand wezen? Werden zij met Joodse medebewoners opgescheept omdat Balfour tijdens de Eerste Wereldoorlog de vorming van een Joods nationaal tehuis in Palestina had toegezegd, daarmee de steun kopend van de internationale Jodenheid in de oorlog met de Centrale Mogendheden? Mij dunkt dat de zaak dan wordt omgekeerd. De Joden gingen niet naar Palestina vanwege de Balfourverklaring, maar die verklaring werd mogelijk en nuttig omdat de Joden reeds lang naar Palestina aan het terugkeren waren. Aan de staatvorming in Palestina namen Joden deel die sedert het einde van de negentiende eeuw naar het oude land waren weergekeerd. De Palestijnen werd ampel tijd gegund zich daarover te beraden, want de staatsvorming voltrok zich in slakkegang.
Na de Eerste Wereldoorlog gebruikte Engeland zijn toezegging aan de Joden als voorwendsel om Palestina als mandaatgebied te besturen. Het diende toezicht te houden op de tenuitvoerlegging van die belofte, maar daar schijnen ze zich niet erg druk om te hebben gemaakt. (10) Na de Tweede Wereldoorlog, om precies te zijn op 18 januari 1947, kondigde de Engelse regering aan dat zij geen formule kon vinden om een vreedzame samenleving van het Joodse en het gemakshalve met Arabisch aangeduide gedeelte van de bewoners mogelijk te maken. Zij zag geen weg dit koloniale gebied te dekoloniseren, dat wil zeggen van zijn Joodse nederzettingen te ontdoen.
7 – De Arabisch afwijzing van het verdelingsplan de ware oorzaak
Omdat Engeland zich terugtrok werd het op 28 april 1947 de taak van de Verenigde Naties de Palestinapuzzel op te lossen. In die jaren was deze organisatie met groot gezag bekleed. De hoop van de beschaafde wereld was op haar gevestigd. Na de rauwe oorlogsjaren, waarin onrecht en willekeur regeerden, werd naar de Algemene Vergadering met diep ontzag opgezien als het wereldforum van vertegenwoordigers van vredelievende en in recht en rede gelovende volken.
De Verenigde Naties maakten zich van het geval niet af met een Jantje van Leiden. Zij stelden een onafhankelijke commissie in die een rapport moest opstellen. Deze bezocht Palestina, ook Jordanië, en formuleerde haar bevindingen en aanbevelingen in Genève. De meerderheid kwam tot de conclusie dat men Palestina moest verdelen tussen Joden en Arabieren. Een minderheid stelde een federale oplossing voor. De Palestijnse Arabieren hadden het werk van de commissie geboycot en wilden van haar slotsommen niets weten. Het verdelingsplan van de commissie werd niet lichtvaardig door de Verenigde Naties overgenomen. Van oktober tot eind november 1947 werd er over beraadslaagd. Tenslotte viel de historische beslissing. Op 29 november 1947 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties met een tweederde meerderheid het verdelingsplan aan. Dit betekende dat het alleraanzienlijkste gezagsorgaan, het meest representatieve lichaam in de internationale politiek, zich op dat ogenblik had uitgesproken voor een verdeling, voor de inrichting dus van een Joodse staat en voor het onstaan van een andere op Arabisch bewoond gebied. Ziedaar het ogenblik waarop tot stand had kunnen komen wat nu door velen wordt bepleit: een Joodse staat en een Arabische staat, al dan niet in federatief verband. Het antwoord van de Arabieren: Neen! Ik geloof dat de Palestijnse niet-Joden toen een “Sternstunde der Menschheit” – ook voor hen – onbenut hebben gelaten.
Is dus het denkbeeld in Palestina een tehuis op te richten een reactie geweest op de Russische pogroms, het ontstaan van de staat Israël is niet het antwoord geweest op de Duitse gaskamers ‘maar op de Arabische afwijzing van het verdelingsplan van de Verenigde Naties.’ Want namen de Verenigde Naties op 29 november 1947 hun grote beslissing, eerst op 14 mei 1948 – een klein half jaar later – las David Ben Goerion de onafhankelijksheidsverklaring voor van de nieuwe republiek, Israël genaamd. Het zijn de Arabieren zelf geweest die door hun weigerachtige en agressieve optreden de laatste stoot tot de oprichting van de republiek Israël hebben gegeven.
De natie, Israël geheten, is door de wereld aanvaard. Elf minuten na de proclamatie erkende president Truman het land de facto en nog geen 48 uur zouden er verlopen voor de Sovjet Unie de staat, en dat zelfs de jure, erkende. Israël werd lid van de Verenigde Naties. In december 1948 onthielden zich nog vijf van de elf leden van de Veiligheidsraad (Frankrijk, Engeland, Canada, België en China) van stemming toen het gold Israël’s lidmaatschapsaanvragen te steunen; Syrië stemde tegen. In maart 1949 beval de Raad inwilliging aan; alleen Egypte was nog tegen. Engeland stemde blanco omdat Israël geen toezeggingen wilde doen omtrent het lot van Arabische vluchtelingen en een internationaal statuut voor Jeruzalem. In mei 1949 liet een tweederde meerderheid van de Algemene Vergadering Israël als 59ste lid toe van de Volkerenorganisatie. Desalniettemin bleef de Arabische wereld het bestaan van dat land ontkennen. Pas een kwart eeuw later mag uit enkele uitlatingen van vooraanstaande Arabische leiders, tijdens de reeds aangehaalde conferentie van Genève, worden afgeleid dat de Arabische wereld wellicht bereid is zich bij het bestaan van “het feit Israël” neer te leggen.
8 – Het Palestijnse vluchtelingenprobleem
Het is er heden ten dage (schrijft Hiltermann in 1974) niet eenvoudiger op geworden aanvaardbare schikkingen te treffen voor de niet-Joodsen van Palestina, in het bijzonder voor de vluchtelingen. Dat probleem is inmiddels door mythevorming overwoekerd. Laat mij beginnen vast te stellen dat een aantal Arabieren al vóór 1947 waren begonnen het mandaatgebied te verlaten. Daar behoorden de grootgrondbezitters en welgestelden toe. De Arabische wereld was toen, is dat trouwens voor een groot deel nog steeds, zeer elitair en kapitalistisch van structuur. Velen die bevreesd waren voor wat stond te gebeuren als Engeland het Mandaat afstond, namen de wijk, daar door niemand toe te zijn aangespoord.
Deze exodus zwol na het besluit van de Algemene Vergadering het land te verdelen tot een massale vlucht aan. De toen oplaaiende schermutselingen tussen Joodse veiligheidsorganisaties, burgerwachten en benden en hun Arabische tegenstanders, mondden in 1948 uit in een gezamenlijke aanval van de legers van de omringende Arabische landen op de nieuwe staat. Toen de V.N. een wapenstilstand gelastte, de partijen daarmee instemden en de bestandslijnen Israëls grenzen werden, bevonden zich buiten die omgrenzingen groepen burgers op Arabisch gebied die op drift waren geraakt.
Nog altijd wordt vinnig getwist over de vraag wie daarvoor verantwoordelijk is en dus verantwoordelijk voor het lot van al die honderdduizenden vluchtelingen. Van Israëlische zijde is te berde gebracht dat in Arabische radiouitzendingen werd aangespoord het terrein van de oorlogshandelingen te verlaten om pas terug te keren nadat het van de Joden gezuiverd was. Belangrijk vind ik deze discussie niet, want – mij dunkt – dat niet beslissend is welke radiozender of welke autoriteit tot de vlucht heeft aangezet. Zomin als de tienduizenden die in 1940 uit Nederland en België voor de Hitlerlegers uit naar Frankrijk wegvluchtten, hadden de Arabieren een dictaat of marsorder gekregen om hun biezen te pakken. Niet anders als die vluchtelingen in Europa gingen zij in doodsangst aan de haal voor het oorlogsgeweld. Verantwoordelijk voor hun lot is niet degene van wie een advies uitging, maar van wie het geweld uitging. Het is voor de óórlog dat de Arabieren vluchtten. Van wie in 1948 het initiatief tot de stijd is uitgegaan staat wel vast: niet de Israëli’s; het zijn de Arabische legers die de oorlogstoestand schiepen.
Vast staat dat destijds de Engele BBC-omroep de secretaris-generaal van de Arabische Liga op een persconferentie in Caïro als volgt citeert: “Dit zal een uitroeiingsoorlog worden en een geweldige slachting, waarover gesproken zal worden als over de Mongoolse moordpartijen en de kruistochten.” Overdreven taal natuurlijk. Maar wat viel er voor de simpele Arabische bevolking anders uit op te maken dan dat een gruwelijke tijd aanbrak?
Uit beschrijvingen van BBC-correspondent Erskine Childers (11), die met de Arabieren sympathiseert, blijkt dat er toen 650.000 vluchtelingen waren, en dat is bepaald het maximum. De laagste schatting bedraagt 300.000. Dat betekent dat er aanvankelijk niet meer vluchtelingen waren dan er mensen wonen in een forse Nederlandse stad. In theorie zou het doodsimpel zijn geweest hen op te vangen en elders onder te brengen, maar de praktijk lag anders. Het is grauwe theorie. Naar buiten toe voelen alle Arabieren zich broeders en zijn onderling solidair. Naar binnen toe ligt dat anders, want het weefsel van hun samenlevingen bestaat uit families, clans, stammen en enkele volken. Broeders van elders worden niet zomaar in deze structuren opgenomen. Dat geldt niet slechts voor de ontheemden uit Palestina. Zo zijn arme drommels uit Jemen bij hun welgestelde broeders in Koeweit welkom als gastarbeiders, maar meer ook niet. De Palestijnse vluchtelingen zijn dus niet geabsorbeerd in het omsluitende en dunbevolkte Arabische gemenebest. Ze zijn evenmin ten onder gegaan. Eerder hebben ze in de verstrooiing een duidelijker profiel gekregen. Toch komt hen, dat moet gezegd worden, een plaats toe in de Arabische wereld. Het is niet correct te beweren dat het de Israëli’s zijn die hun probleem hebben gecreëerd. Dat hebben de Arabieren zelf gedaan.
Er ontstond ook een tegenstroom die geruisloos in Israël werd opgenomen. Toen op niet mis te verstane wijze was kenbaar gemaakt dat de Joodse gemeenschappen niet meer welkom waren in de Arabische gastlanden waar ze tot dan toe verblijf hielden, vluchtte een nog groter aantal dan de Palestijnse vluchtelingenstroom naar Israël toe. En dat aspect wordt meestal verzwegen. (12)
Het kan ter begraving van de tuinmythe geen kwaad dit te bedenken: de gehele Arabisch-Islamitische bevolking telt 112 miljoen mensen. Dat is ruim genomen, indien het criterium Arabier grif wordt aanvaard voor mengvolken omdat ze op zo’n bijeenkomst als Chartoem vertegenwoordigd zijn. Deze menigte beschikt over 11,6 miljoen vierkante kilometer. Dat is een enorme uitgestrektheid – meer dan 280 maal de oppervlakte van Nederland en ruim 500 maal die van Israël. Op deze immense vlakte vragen nu twee en een half miljoen Joden, een 20% van het wereldjodendom, een stukje grond ter grootte van een postzegel. Een stofje zijn de Joden in de wereld. Op een speldeknopje ruimte menen zij recht te hebben…
________________________________________
Opmerking Luns: Op de kaart aan het begin van dit artikel en de navolgende is een deel van Israël anders ingekleurd. Dat is in feite Israëls hartland, omvattende Samaria en Judea, meestal aangeduid met de misleidende term “Westbank”. Samaria en Judea werden in de onafhankelijkheidsoorlog van 1948 door het Jordaanse leger bezet en dat bleef zo tot aan 1967 toen ze als gevolg van de Zesdaagse oorlog weer met de rest van Israël werden verenigd (toen werd ook de militairstrategische Golanhoogte ingelijfd). Tussen 1948 en 1967 deed Jordanië weinig of niets aan de ontwikkeling van deze gebieden. Er was toen wel enige Arabische bewoning. Ook was het zo dat grote delen alleen voor militairen toegankelijk waren.
Wat velen niet weten is dat de grote instroom van kolonisten pas tussen 1974 en 2000 plaatsvond, wat nog geen rol speelde toen Hiltermann zijn stuk schreef. In deze periode zijn naar schatting 400.000 Arabieren vanuit Syrië en Jordanië naar deze streken verhuisd, vaak op alleen een toeristenvisum. Als bleek dat de sociale omstandigheden en het arbeidsloon veel beter waren dan in hun thuisland, besloten ze te blijven. De Joden keerden na 1967 terug, eerst naar Hebron, waar de Joodse gemeenschap in 1929 was afgeslacht, maar ook naar de plaatsen rond Gush Etzion, die in 1948 door het Arabische Legioen waren vernietigd. Pas na 1973 zijn Joodse pioniers in de verlaten streken van Samaria, Benjamin en de Jordaanvallei gaan wonen, terwijl de inkomende Arabieren zich elders vestigden.
Door G.B.J. Hiltermann, politiek commentator en historicus (1914-2000)
Uit: Verzamelde Notities van op Reis en Thuis - 1974
B.V. Europese Publiciteits Maatschappij E.P.M. - Amsterdam
Onverdoofde seculiere slacht
Onverdoofde seculiere slacht
Woensdag 13 juli stond op de voorpagina van het ND een artikel inzake het dragen van religieuze symbolen door agenten.
De rode draad wordt zichtbaar: religie moet achter de voordeur en moet verdwijnen uit het publieke domein.
Al enige tijd is een proces in de Nederlandse samenleving en in de politiek gaande, dat er voor zorgt dat religieuzen steeds minder hun zelf mogen zijn in de samenleving en hier voor mogen uitkomen.
Partijen die in het verleden nadrukkelijk gevochten hebben voor de rechten van homo's, ontzeggen nu het recht op wie je zijn wilt aan religieuzen.
"De politie is er voor iedereen en dan is het onwenselijk dat aan agenten is te zien welk geloof of overtuiging zij aanhangen", meldt de nieuwe gedragscode van de politie. Een bijzondere redenering uiteraard, want het niet geloven is net zo goed een levensovertuiging, maar die hoef je niet te verstoppen. De vrijheid van meningsuiting wordt hier drastisch ingeperkt.
Een ambtenaar die weigert homo's te trouwen kan zijn baan verliezen. Maar hoe groot is het probleem ? In de tijd dat Job Cohen burgemeester was van Amsterdam was hij van mening dat dit geen enkel probleem was, want er zijn genoeg andere ambtenaren die hier geen probleem mee hebben, dus even van dienst ruilen en het probleem is opgelost. Moet hier de vrijheid van meningsuiting en het leven volgens je geloofsovertuiging voor wijken ?
De keuzevrijheid van het bijzonderonderwijs om docenten aan te nemen die ten volle de grondslag ondersteunen en hiernaar willen leven wil men inperken. De docent die dit niet ten volle onderschrijft of hier naar wil leven, heeft toch de keuze vrijheid om te solliciteren bij een andere school ? Die vrijheid is er toch ook ? Nee, ook hier wordt onder de noemer van politieke correctheid en een neutrale overheid een niet neutrale breuk geforceerd, want aan het bijzonderonderwijs wordt de wil opgelegd van de seculiere meerderheid.
Vervolgens hebben we recent alle ophef gehad over de rituele slacht. Waar het bij de Joodse slacht om slechts een paar duizend dieren gaat per jaar, wordt er bij een paar honderd miljoen dieren een pin in de kop geschoten die hun leven lang in erbarmelijke omstandigheden in megastallen worden vet gemest. Of verdoofd ritueel slachten nu wel of geen optie is, het feit dat hier ook weer religieuzen getroffen worden in hun vrijheid, en dat godsdienstvrijheid ondergeschikt wordt gemaakt aan dierenwelzijn, is te bizar voor woorden. Weinigen die zich daar druk om maken. Nee, omwille van het politieke gewin, zal ten koste van religieuze minderheden, hun vrijheden moeten worden ingeperkt. Marianne Thieme is nota bene lid van de Zevende dag adventisten, die de Joodse spijswetten dienen na te leven.
Ik krijg zo langzamerhand het gevoel dat we ongemerkt het slachthuis worden ingedreven van de seculiere meerderheid en dat we op het punt staan onverdoofd seculier geslacht te worden.
Straks krijgen we hier een variant op de Arabische lente en ook een verschuiving van politiek naar religieus fundamentalisme, maar dan wel die van de seculiere religie, want dat is op zijn minst ook een overtuiging en minstens net zo onverdraagzaam als waarvan ze veel religieuze groeperingen van beschuldigen.
Echte democratie is daar waar de meerderheid de minderheid respecteert !
Woensdag 13 juli stond op de voorpagina van het ND een artikel inzake het dragen van religieuze symbolen door agenten.
De rode draad wordt zichtbaar: religie moet achter de voordeur en moet verdwijnen uit het publieke domein.
Al enige tijd is een proces in de Nederlandse samenleving en in de politiek gaande, dat er voor zorgt dat religieuzen steeds minder hun zelf mogen zijn in de samenleving en hier voor mogen uitkomen.
Partijen die in het verleden nadrukkelijk gevochten hebben voor de rechten van homo's, ontzeggen nu het recht op wie je zijn wilt aan religieuzen.
"De politie is er voor iedereen en dan is het onwenselijk dat aan agenten is te zien welk geloof of overtuiging zij aanhangen", meldt de nieuwe gedragscode van de politie. Een bijzondere redenering uiteraard, want het niet geloven is net zo goed een levensovertuiging, maar die hoef je niet te verstoppen. De vrijheid van meningsuiting wordt hier drastisch ingeperkt.
Een ambtenaar die weigert homo's te trouwen kan zijn baan verliezen. Maar hoe groot is het probleem ? In de tijd dat Job Cohen burgemeester was van Amsterdam was hij van mening dat dit geen enkel probleem was, want er zijn genoeg andere ambtenaren die hier geen probleem mee hebben, dus even van dienst ruilen en het probleem is opgelost. Moet hier de vrijheid van meningsuiting en het leven volgens je geloofsovertuiging voor wijken ?
De keuzevrijheid van het bijzonderonderwijs om docenten aan te nemen die ten volle de grondslag ondersteunen en hiernaar willen leven wil men inperken. De docent die dit niet ten volle onderschrijft of hier naar wil leven, heeft toch de keuze vrijheid om te solliciteren bij een andere school ? Die vrijheid is er toch ook ? Nee, ook hier wordt onder de noemer van politieke correctheid en een neutrale overheid een niet neutrale breuk geforceerd, want aan het bijzonderonderwijs wordt de wil opgelegd van de seculiere meerderheid.
Vervolgens hebben we recent alle ophef gehad over de rituele slacht. Waar het bij de Joodse slacht om slechts een paar duizend dieren gaat per jaar, wordt er bij een paar honderd miljoen dieren een pin in de kop geschoten die hun leven lang in erbarmelijke omstandigheden in megastallen worden vet gemest. Of verdoofd ritueel slachten nu wel of geen optie is, het feit dat hier ook weer religieuzen getroffen worden in hun vrijheid, en dat godsdienstvrijheid ondergeschikt wordt gemaakt aan dierenwelzijn, is te bizar voor woorden. Weinigen die zich daar druk om maken. Nee, omwille van het politieke gewin, zal ten koste van religieuze minderheden, hun vrijheden moeten worden ingeperkt. Marianne Thieme is nota bene lid van de Zevende dag adventisten, die de Joodse spijswetten dienen na te leven.
Ik krijg zo langzamerhand het gevoel dat we ongemerkt het slachthuis worden ingedreven van de seculiere meerderheid en dat we op het punt staan onverdoofd seculier geslacht te worden.
Straks krijgen we hier een variant op de Arabische lente en ook een verschuiving van politiek naar religieus fundamentalisme, maar dan wel die van de seculiere religie, want dat is op zijn minst ook een overtuiging en minstens net zo onverdraagzaam als waarvan ze veel religieuze groeperingen van beschuldigen.
Echte democratie is daar waar de meerderheid de minderheid respecteert !
maandag 18 juli 2011
Wat zou er gebeurd zijn als de Joden gedaan hadden wat de Palestijnen hebben gedaan ?
Israël, een staat ter discussie ! Vanaf het begin van haar oprichting staat Israël in het middelpunt van de belangstelling. Qua omvang staat het op de 151ste plaats, achter landen als Belize, Nepal, Syrië, Jordanië, Marokko, Jemen, Egypte, Noord-Korea, maar ook landen als Servië, Macedonië, België etc.
En toch lijkt Israël het middelpunt van de aarde te zijn.
In iets meer dan 60 jaar is het de Israëlische/Joodse bevolking gelukt, ondanks de geld verslindende kosten voor defensie in de strijd voor overleving, om haast vanuit het niets het land op te bouwen tot een moderne westerse staat. Kijkend naar de omliggende landen, waar een Arabisch-islamitische cultuur dominant is, is dit een buitengewoon opvallende prestatie. De omliggende landen, met al hun rijkdom aan natuurlijke hulpbronnen, lopen qua ontwikkeling mijlen ver achter bij de Joodse staat Israël.
Recent sprak ik tijdens een bezoek aan de Palestijnse gebieden met een vooraanstaand Palestijnse christen. In het ND Van 22 februari jongstleden heb ik over dit bezoek een opiniestuk geschreven met als titel: Geen landbelofte, geen vrede. http://bit.ly/hlZ93s
In dit stuk wordt ook beschreven hoe deze Palestijn aankijkt tegen de Arabisch-islamitische cultuur en zijn visie op de oorzaak waarom de landen die overheerst worden door deze cultuur, te weinig tot ontwikkeling komen.Onderstaand artikel sluit hier aardig op aan
What If Jews Had Followed the Palestinian Path?
Jewish refugees left everything they had inEurope —no 'right of return' requested.
By WARREN KOZAK
It is doubtful that there has ever been a more miserable human refuse than Jewish survivors after World War II. Starving, emaciated, stateless—they were not welcomed back by countries where they had lived for generations as assimilated and educated citizens.Germany was no place to return to and in Kielce , Poland , 40 Jews who survived the Holocaust were killed in a pogrom one year after the war ended. The European Jew, circa 1945, quickly went from victim to international refugee disaster.
Yet within a very brief time, this epic calamity disappeared, so much so that few people today even remember the period. How did this happen in an era when Palestinian refugees have continued to be stateless for generations?
In 1945, there were hundreds of thousands of Jewish survivors living in DP Camps (displaced persons) acrossEurope . They were fed and clothed by Jewish and international relief organizations. Had the world's Jewish population played this situation as the Arabs and Palestinians have, everything would look very different today.
To begin with, the Jews would all still be living in these DP camps, only now the camps would have become squalid ghettos throughoutEurope . The refugees would continue to be fed and clothed by a committee similar to UNRWA—the United Nations Relief and Works Agency for Palestine Refugees in the Near East (paid for mostly by the United States since 1948). Blessed with one of the world's highest birth rates, they would now number in the many millions. And 66 years later, new generations, fed on a mixture of hate and lies against the Europeans, would now seethe with anger.
Associated Press
Golda Meir pondered what would have become of the Jews had they been destroyed by the Arab armies.
Sometime in the early 1960s, the Jewish leadership of these refugee camps, having been trained in Moscow to wreak havoc on the West (as Yasser Arafat was) would have started to employ terrorism to shake down governments. Airplane hijackings in the 1970s would have been followed by passenger killings. There would have been attacks on high-profile targets as well—say, the German or Polish Olympic teams.
By the 1990s, the real mayhem would have begun. Raised on victimhood and used as cannon fodder by corrupt leaders, a generation of younger Jews would be blowing up buses, restaurants and themselves. The billions of dollars extorted from various governments would not have gone to the inhabitants of the camps. The money would be in the Swiss bank accounts of the refugees' famous and flamboyant leaders and their lackies.
So now it's the present, generations past the end of World War II, and the festering Jewish refugee problem throughout Europe has absolutely no end in sight. The worst part of this story would be the wasted lives of millions of human beings in the camps—inventions not invented, illnesses not cured, high-tech startups not started up, symphonies and books not written—a real cultural and spiritual desert.
None of this happened, of course. Instead, the Jewish refugees returned to their ancestral homeland. They left everything they had in Europe and turned their backs on the Continent—no "right of return" requested. They were welcomed by the 650,000 Jewish residents of Israel.
An additional 700,000 Jewish refugees flooded into the new state from Arab lands after they were summarily kicked out. Again losing everything after generations in one place; again welcomed in their new home.
In Israel, they did it all the hard way. They built a new country from scratch with roads, housing and schools. They created agricultural collectives to feed their people. They created a successful economy without domestic oil, and they built one of the world's most vibrant democracies in a region sadly devoid of free thought.
Yes, the Israelis did all this with the financial assistance of Jews around the world and others who helped get them on their feet so they could take care of themselves. These outsiders did not ignore them, or demean them, or use them as pawns in their own political schemes—as the Arab nations have done with the Palestinians.
I imagine the argument will be made that while the Jews may have achieved all this, they did not have their land stolen from them. This is, of course, a canard, another convenient lie. They did lose property all over Europe and the Mideast. And there was never an independent Palestine run by Palestinian Arabs. Ever. Jews and Arabs lived in this area controlled first by the Turks and then by the British. The U.N. offered the two-state solution that we hear so much about in 1947. The problem then, and now, is that it was accepted by only one party, Israel. No doubt, the situation of Arab residents of the Middle East back then may have been difficult, but it is incomprehensible that their lot was worse than that of the Jews at the end of World War II.
We don't hear about any of this because giving human beings hope and purpose doesn't make great copy. Squalor, victimhood and terror are always more exciting. Perhaps in the end, the greatest crime of the Jews was that they quietly created something from nothing. And in the process, they transformed themselves.
Golda Meir is credited with having said that if the Jews had not fought back against the Arab armies and had been destroyed in 1948, they would have received the most beautiful eulogies throughout the world. Instead, they chose to stand their ground and defend themselves. And in winning, they received the world's condemnation. Meir said she would take the condemnation over the eulogies.
Mr. Kozak is the author of "LeMay: The Life and Wars of General Curtis LeMay" (Regnery, 2009).
En toch lijkt Israël het middelpunt van de aarde te zijn.
In iets meer dan 60 jaar is het de Israëlische/Joodse bevolking gelukt, ondanks de geld verslindende kosten voor defensie in de strijd voor overleving, om haast vanuit het niets het land op te bouwen tot een moderne westerse staat. Kijkend naar de omliggende landen, waar een Arabisch-islamitische cultuur dominant is, is dit een buitengewoon opvallende prestatie. De omliggende landen, met al hun rijkdom aan natuurlijke hulpbronnen, lopen qua ontwikkeling mijlen ver achter bij de Joodse staat Israël.
Recent sprak ik tijdens een bezoek aan de Palestijnse gebieden met een vooraanstaand Palestijnse christen. In het ND Van 22 februari jongstleden heb ik over dit bezoek een opiniestuk geschreven met als titel: Geen landbelofte, geen vrede. http://bit.ly/hlZ93s
In dit stuk wordt ook beschreven hoe deze Palestijn aankijkt tegen de Arabisch-islamitische cultuur en zijn visie op de oorzaak waarom de landen die overheerst worden door deze cultuur, te weinig tot ontwikkeling komen.Onderstaand artikel sluit hier aardig op aan
What If Jews Had Followed the Palestinian Path?
Jewish refugees left everything they had in
By WARREN KOZAK
It is doubtful that there has ever been a more miserable human refuse than Jewish survivors after World War II. Starving, emaciated, stateless—they were not welcomed back by countries where they had lived for generations as assimilated and educated citizens.
Yet within a very brief time, this epic calamity disappeared, so much so that few people today even remember the period. How did this happen in an era when Palestinian refugees have continued to be stateless for generations?
In 1945, there were hundreds of thousands of Jewish survivors living in DP Camps (displaced persons) across
To begin with, the Jews would all still be living in these DP camps, only now the camps would have become squalid ghettos throughout
Associated Press
Golda Meir pondered what would have become of the Jews had they been destroyed by the Arab armies.
Sometime in the early 1960s, the Jewish leadership of these refugee camps, having been trained in Moscow to wreak havoc on the West (as Yasser Arafat was) would have started to employ terrorism to shake down governments. Airplane hijackings in the 1970s would have been followed by passenger killings. There would have been attacks on high-profile targets as well—say, the German or Polish Olympic teams.
By the 1990s, the real mayhem would have begun. Raised on victimhood and used as cannon fodder by corrupt leaders, a generation of younger Jews would be blowing up buses, restaurants and themselves. The billions of dollars extorted from various governments would not have gone to the inhabitants of the camps. The money would be in the Swiss bank accounts of the refugees' famous and flamboyant leaders and their lackies.
So now it's the present, generations past the end of World War II, and the festering Jewish refugee problem throughout Europe has absolutely no end in sight. The worst part of this story would be the wasted lives of millions of human beings in the camps—inventions not invented, illnesses not cured, high-tech startups not started up, symphonies and books not written—a real cultural and spiritual desert.
None of this happened, of course. Instead, the Jewish refugees returned to their ancestral homeland. They left everything they had in Europe and turned their backs on the Continent—no "right of return" requested. They were welcomed by the 650,000 Jewish residents of Israel.
An additional 700,000 Jewish refugees flooded into the new state from Arab lands after they were summarily kicked out. Again losing everything after generations in one place; again welcomed in their new home.
In Israel, they did it all the hard way. They built a new country from scratch with roads, housing and schools. They created agricultural collectives to feed their people. They created a successful economy without domestic oil, and they built one of the world's most vibrant democracies in a region sadly devoid of free thought.
Yes, the Israelis did all this with the financial assistance of Jews around the world and others who helped get them on their feet so they could take care of themselves. These outsiders did not ignore them, or demean them, or use them as pawns in their own political schemes—as the Arab nations have done with the Palestinians.
I imagine the argument will be made that while the Jews may have achieved all this, they did not have their land stolen from them. This is, of course, a canard, another convenient lie. They did lose property all over Europe and the Mideast. And there was never an independent Palestine run by Palestinian Arabs. Ever. Jews and Arabs lived in this area controlled first by the Turks and then by the British. The U.N. offered the two-state solution that we hear so much about in 1947. The problem then, and now, is that it was accepted by only one party, Israel. No doubt, the situation of Arab residents of the Middle East back then may have been difficult, but it is incomprehensible that their lot was worse than that of the Jews at the end of World War II.
We don't hear about any of this because giving human beings hope and purpose doesn't make great copy. Squalor, victimhood and terror are always more exciting. Perhaps in the end, the greatest crime of the Jews was that they quietly created something from nothing. And in the process, they transformed themselves.
Golda Meir is credited with having said that if the Jews had not fought back against the Arab armies and had been destroyed in 1948, they would have received the most beautiful eulogies throughout the world. Instead, they chose to stand their ground and defend themselves. And in winning, they received the world's condemnation. Meir said she would take the condemnation over the eulogies.
Mr. Kozak is the author of "LeMay: The Life and Wars of General Curtis LeMay" (Regnery, 2009).
Welkom op deze Pro-Israël blog
Waarom deze blog ?
Deze blog is bedoeld om belangstellenden te informeren
aangaande Israël, in historisch, actueel en toekomstig perspectief.
Israël, een ministaat, 151ste op de lijst met landen
ingedeeld naar de grootte van het oppervlak, is bijna dagelijks in het nieuws
en lijkt wel centraal te staan in deze wereld. Verreweg de meeste
(niet-bindende) resoluties in de VN zijn tegen Israël genomen. Daarom heb ik
ook voor het logo gekozen op deze site: Israël in de schijnwerpers, de hele
wereld kijkt mee.
Sinds haar oprichting op 14 mei 1948, is Israël een staat
die dagelijks vecht voor overleving, te midden van een wereld die steeds
vijandiger staat tegenover Israël.
Israël wordt omringd door Arabisch/Islamitische landen, die
geen Joodse staat in hun midden accepteren.
Maar ook andere landen, in toenemende maten ook Europese
landen, staan steeds kritischer tegenover de staat Israël.
Sinds 1967, na de 6-daagse oorlog, is er een actief streven
van de arabische bevolking in het land Israël, naar een eigen Palestijnse
staat. Dit streven dreigt naar een climax te lopen, nu het Palestijns
leiderschap voornemens is eenzijdig een staat uit te roepen en een lidmaatschap
wil aanvragen bij de Verenigde Naties.
Ook veel Christenen steunen dit streven. Vaak, dus niet
altijd, zijn dit Christenen die een moderne variant op de vervangingstheologie
aanhangen, namelijk de vervullingstheologie.
Deze blog zal allerlei actuele thema's behandelen en
standpunten toelichten vanuit Internationaal rechtelijk, juridisch en
theologisch perspectief.
Israël als land en volk heeft u en mijn steun hard nodig.
Abonneren op:
Posts (Atom)