woensdag 27 maart 2013

Met Pasen krijgt Pesach zijn werkelijkheid in Jezus Christus.


Ooit vierden de eerste gemeenten, naast de andere Joodse feesten uit Leviticus 23, Pesach. Jezus vierde tenslotte ook Pesach samen met zijn discipelen.

Al vrij snel na de verwoesting van de Tempel in 70 n.C. verschoof het christelijk-religieuze centrum naar Rome. Israël, Jeruzalem was verwoest. Keizer Constantijn regeerde aan het begin van de derde eeuw en wordt algemeen gezien als de grondlegger van de Kerk. Omdat deze keizer een groot rijk te besturen had en hij ieder toch tevreden wilde stellen vermengde hij de verschillende godsdiensten met elkaar.
Zo werd door hem ingesteld dat de geboortedag van Jezus samen moest vallen met de viering van de geboortedag van de god van het Romeinse rijk: de onoverwinnelijke zonnegod Sol Invictus op 25 december.

Een van de uitspraken die aan Constantijn wordt toegedicht is: “Want het zou buiten elke maatstaf ongepast zijn als wij op het heiligste van alle feesten de gewoonten van de Joden zouden volgen. Laten wij daarom niets gemeen hebben met dat afschuwelijke volk”      

Zo werd Pasen losgekoppeld van Pesach en werd het Paasfeest van af toen gevierd op de feestdag van Astarte (Ishtar,...Easter...), godin van de hemel en vruchtbaarheid.

"Is dat relevant voor ons als Christenen?" vraagt u zich misschien af. Wat moeten wij hiermee ?

In de eerste plaats geeft de uitspraak van keizer Constantijn een glimp weer van het ongekende anti-Joodse sentiment dat aanwezig was in / veroorzaakt werd door de Kerk.

Een ander belangrijk punt is de constatering dat de Kerk al meer dan 1.700 jaar vervreemd is van zijn oudste Broeder, Israël, en niet samen met zijn oudste broeder Gods Feesten viert. Leviticus 23 is volstrekt helder: God zegt in Lev 23:2  “Dit zijn mijn feesttijden”, die Hij instelt als een “altoosdurende instelling”.

Het is bijzonder indrukwekkend te ontdekken hoe het lijdensverhaal van Jezus exact overeenkomt met de rituelen rond Pesach, hoe Pesach zijn werkelijkheid krijgt in wat Christenen Pasen noemen.

Zo was het Lam dat geofferd werd voor de natie door de hogepriester op het Tempelplein afkomstig uit Bethanië. Ook Jezus kwam Jeruzalem binnen vanuit Bethanië, op een ezel, vier dagen voordat Hij gekruisigd werd. Het Lam der natie moest vier dagen lang onderzocht worden op gebreken, omdat alleen een gaaf lam volgens de voorschriften geofferd mocht worden.  Ook Jezus werd vier dagen lang op verschillende wijze “onderzocht” door Farizeeën en Sadduceeën, door Annas en Kajafas en Herodes en Pilatus, die uiteindelijk zijn handen wast in onschuld omdat hij geen overtredingen kon constateren.
Na vier dagen moest het Lam der natie gebonden worden op het  3de uur na zonsopgang: Jezus werd gekruisigd op dat zelfde uur. Op het 9e uur slachtte de hogepriester het Lam voor de natie : op het zelfde uur legde Jezus zijn leven af. Dit zijn slechts enkele voorbeelden hoe exact Jezus werkelijkheid gaf aan de schaduw die Pesach in zich droeg.

Het is zeer bijzonder te ontdekken hoe ongelooflijk precies God zijn plan en zijn vastgestelde tijden heeft opgesloten in Zijn feesten. Het Hebreeuwse woord voor samenkomst, dat gebruikt wordt in Lev 23:2 is Mikra. Een van de betekenissen van dit woord is repetitie. Het is dus niet vreemd te constateren dat wij, in de wetenschap dat God zijn plan en vastgestelde tijden besloten heeft in zijn Feesten, opgeroepen worden Zijn feesten te repeteren totdat zij van hun werkelijkheid worden voorzien in Jezus Christus. Dit geldt voor de 7 hoofdfeesten (Pesach, Het feest der Ongezuurde broden, het Eerstelingfeest,  het Wekenfeest, het Bazuinenfeest, Yom Kippoer en het Loofhuttenfeest) en de Sabbat. De eerste vier feesten hebben reeds hun eerste exacte invulling gekregen door / in het lijden en de opstanding van Jezus Christus en de uitstoring van de Heilige Geest.

Als we de diepe profetische betekenissen ook van de laatste drie feesten gaan onderzoeken zullen we ontdekken dat zij hun werkelijkheid, hun invulling nog gaan krijgen in Jezus Christus bij zijn wederkomst.

Daarom zullen we terug moeten naar onze Joodse wortels om samen met onze oudste broeder de enorme rijkdom te vieren van de diepe betekenis van Gods feesten en zo Gods plan en vastgestelde tijden te mogen ontdekken. Om via Zijn feesten , via Jezus, dichter bij God te mogen komen.

vrijdag 15 maart 2013

Timmermans stelt de verkeerde prioriteiten


Dat Minister Timmermans als minister van Buitenlandse Zaken een uitdagende en complexe portefeuille beheert zal niemand vreemd in de oren klinken. De noodzaak om de juiste prioriteiten te stellen evenmin.

Daarom roept het ook vragen op dat Timmermans meent werk te moeten maken van het op de juiste wijze laten labelen van Israëlische producten die gemaakt worden in nederzettingen. Timmermans is van mening dat de producten die in deze nederzettingen gemaakt worden niet gelabeld mogen worden als Israëlische producten, omdat de nederzettingen niet in Israël zouden liggen.

De logische vervolgvraag is waar dan wel ?

De Nederzettingen liggen voornamelijk in Judea en Samaria, voor de liefhebbers de Westbank genaamd. Dit zijn gebieden die door Egypte en Jordanië in 1948 zonder rechtsgrond zijn bezet na een agressieoorlog en die door Israël in 1967 in een verdedigingsoorlog zijn veroverd op deze landen. De term Westbank is overigens ingevoerd in 1950 toen Jordanië het gebied annexeerde.

Maar als het niet Israëlisch grondgebied is, wiens grond gebied is het dan wel ?

In het vredesverdrag dat Israël en Jordanië hebben gesloten in 1994 wordt het midden van de Jordaan aangegeven als internationale grens. De status van de betwiste gebieden wordt nadrukkelijk opengehouden, omdat hier over onderhandeld moet worden met vertegenwoordigers van de Palestijnse gemeenschap. Alleen die is tot op het bot verdeeld: Hamas accepteert in zijn geheel geen Joodse staat en Fatah-leiders spreken met dubbele tong: een Engelse die zegt vrede te willen en een Arabische die zich onwrikbaar en afwijzend opstelt jegens Israël.

Palestijns grondgebied is het op dit moment niet, aangezien er formeel geen Palestijnse staat bestaat. Zoals ook de Oslo akkoorden van 1993 bepalen zal door onderhandelingen het definitieve grondgebied vastgesteld moeten worden, waarbij een van de belangrijkste uitgangspunten van resolutie 242 gewaarborgd dient te worden, namelijk dat het resultaat moet leiden tot veilige grenzen voor de staat Israël. Wel is het mogelijk dat er nederzettingen zijn die, als gevolg van de noodzakelijke onderhandelingen en een definitief akkoord,  blijken te liggen op grondgebied dat straks mogelijk definitief toebehoort aan een toekomstige Palestijnse staat. Minister Timmermans loopt in feite dus voor de troepen uit.

Zolang de omliggende Arabisch-Islamitische wereld, ondanks dat Israël formeel vredesverdragen heeft met Jordanië en Egypte, er alles aan doet om op alle mogelijke manieren het bestaan van de staat Israël te ondermijnen, is minister Timmermans in zijn handelen voor de Arabisch-Islamitische wereld een dankbaar verlengstuk in hun niet aflatende strijd tegen Israël.

Het handelen van Timmermans voelt dan ook nadrukkelijk als “Internationaal onrecht” dat Israël wordt aangedaan. Timmermans zou zich dan ook in zijn prioriteitstelling eerst en vooral moeten richten op hoe de internationale gemeenschap een positieve wending kan geven aan de compleet mislukte en uit de hand gelopen Arabische lente, die in Syrië in twee jaar tijd al meer doden heeft veroorzaakt dan tijdens het meer dan 65 jaar durende Israëlisch-Palestijns conflict. Meer dan 70.000 doden in Syrië en duizenden andere doden in andere Arabische landen die te “kampen” hebben met de Arabische-lente die door het Westen zo bejubeld wordt.

Als resultaat van deze Arabische-lente komen nu leiders aan de macht die deze getroffen staten omvormen van een politieke dictatuur tot een religieuze dictatuur. De toekomst zal uitwijzen dat dit niet alleen gevolgen heeft voor Europa en de rest van de westerse wereld, maar dat dit vooral enorme gevolgen heeft voor Israël.

Als Timmermans niet over de schaduw van de zandkorrel Israël kan heen stappen en zich niet in de eerste plaats gaat richten op de uitzichtloze en dorre woestijn waarin Israël zich bevindt, dan zal er in de toekomst heel waarschijnlijk een moment komen dat Timmermans alleen met een groot schuldgevoel en misschien zelfs wel met weemoed terug kan denken aan de verrukkelijke wijnen uit Judea en Samaria, de Golan Hoogvlakte of misschien wel wijnen afkomstig van de heuvels van Jeruzalem.